De recente discussie rond de bevroren Russische tegoeden bij Euroclear en passioneel debat rond de financiering van de Oekraïense oorlog en reconstructie toont opnieuw hoezeer Europa gevangen zit in een zelfgemaakt narratief over dit conflict. Europese staten zitten financieel aan de grond en er wordt vaak tot op het bot bespaard, maar toch blijft men wapenbudgetten verhogen ten koste van de eigen bevolking. Elke kritische bedenking wordt meteen neergezet als “pro-Russisch” of als blind voor een mogelijke uitbreiding van de oorlog. De Russen zouden “niet te betrouwen” zijn, en er worden zelfs in Katholieke kringen allerlei profetieën, Maria-verschijningen en privé-openbaringen opgerakeld, om aan te tonen dat elke moeite om vrede te promoten nutteloos is. De Russen komen er toch aan. In zo’n klimaat is een eerlijk debat nauwelijks nog mogelijk. Wie vragen stelt, wordt verdacht gemaakt. Maar zwijgen omwille van publieke druk is geen Christelijke deugd; het is een vorm van lafheid.
Een belangrijk symptoom van de Europese blindheid voor het eigen belang was het negeren van de gebeurtenissen rond de sabotage van de Nord Stream-pijpleidingen en de latere aanwijzingen richting Oekraïense betrokkenen. Hoe onvolledig de informatie ook blijft, had dit Europese regeringen toch moeten aanzetten tot voorzichtigheid. In plaats daarvan zagen we een bijna automatische reflex: meer wapenleveringen, meer steun, meer escalatie. Dit terwijl er binnen Oekraïne zelf ernstige signalen van corruptie en machtsmisbruik bleven opduiken. Het is niet onchristelijk, integendeel, het is moreel noodzakelijk om te vragen of deze onvoorwaardelijke steun werkelijk leidt tot vrede en gerechtigheid, of vooral tot het versterken van geopolitieke agenda’s.
Bovendien moeten we eerlijk durven erkennen dat Oekraïne, net als elk ander land, niet vrij is van eigen historische trauma’s, nationalistische mythes en politieke manipulatie. Het idee dat een land automatisch “goed” is omdat het zich tegen een machtig land als Rusland verzet, is een oversimplificatie die geen rekening houdt met de realiteit. De vraag dringt zich op: wat is uiteindelijk het verschil tussen een regime dat onder invloed staat van Moskou en één dat volledig leunt op Washington, Berlijn of Brussel? Of de regering Zelensky door de Russen wordt vervangen of hardnekkig in stand wordt gehouden door het Westen: in beide gevallen is de echte verliezer dezelfde; namelijk de gewone burger, die geen enkele inspraak heeft maar bij een conflict wel de hoogste prijs betaalt. Door Zelensky in bescherming te nemen en hem niet de raad te geven om voor het ballingschap te kiezen, heeft Europa waarschijnlijk heel wat Oekraïense doden op haar geweten.
Voor wie de Katholieke traditie ernstig neemt, is het belangrijk om zich te bezinnen of een oorlog rechtvaardig is. Kunnen we dit vandaag nog oprecht zeggen over de Europese inmenging in de Oekraïense oorlog? Hoe verhoudt de aanhoudende stroom van wapens en escalatiezin zich tot het Evangelie, dat ons oproept vrede te stichten en het leven te beschermen? We kunnen de realiteit van tienduizenden of misschien zelfs honderdduizenden gesneuvelde of verminkte soldaten (de ware cijfers zijn onbekend), gescheiden families, verdwenen kinderen en onherstelbare materiële schade alvast niet negeren.
Genoeg!
Europa heeft als machts- , regel- en propagandamachine dringend nood aan bezinning en hervorming. Niet aan oorlogsretoriek, maar aan diplomatie; niet aan loyaliteit aan grootmachten of politieke narratieven, maar aan trouw aan de waarheid; niet aan blinde steun, maar aan een volwassen inzicht dat vrede nooit geboren wordt uit propaganda, maar uit moed om de eigen vooroordelen in vraag te stellen. Het is tijd dat we durven zeggen: genoeg. De waardigheid van elk menselijk leven, Oekraïens én Russisch, vraagt om een weg naar vrede die niet langer gegijzeld wordt door internationale elites en politieke agenda’s. Als christenen mogen we niet anders dan deze weg blijven aanwijzen.
Een normaal mens doorloopt de stadia van verdriet in zo’n geval: ontkenning, woede, marchanderen, depressie en ten slotte aanvaarding. De acteurs in dit conflict zijn daar niet toe in staat. Ze zijn niet meer rationeel maar louter emotioneel, zonder redelijkheid is er geen moreeĺ handelen. Ze verzinken in nihilisme en zelfvernietiging.