Voorwoord door E.H. Hervé Gilles
“Loof de HEER, want hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw. “ (Ps 118:1). De Heer vervolgt wonderbaarlijk zijn werk van Liefde en heil in het hart van het menselijk ras. Hij is dezelfde gisteren, vandaag en tot het einde van de tijden. Hij is het die, toen Hij het gebrek van de menigte in de woestijn innig meemaakte, hen brood en vis in overvloed heeft gegeven (Marcus 6:35-44); Hij is degene die, toen Hij de beklagenswaardige situatie van de blindgeborene had onderzocht, aan dat lichaam dat reeds jaren in duisternis was gedompeld, het licht heeft geschonken (Johannes 9); Hij is degene die, toen Hij de zwakheid van het menselijk vlees zag, vergeving schonk aan de overspelige vrouw (Johannes 8:11); Hij is degene die op een dag Saulus ontmoette, die ooit vervolger van de Heilige Kerk was, en hem aanstelde om de evangelische boodschap te verkondigen (Handelingen 9:1-28);
Hij is nog steeds dezelfde die verkiest zich te openbaren doorheen onze zuster in Christus, Fabienne Guerréro, ooit in het kwaad en in alle soorten gruwelijkheden gestort, om haar zijn Barmhartigheid te openbaren en haar uit te sturen om overal de bekering van de zondaars te verkondigen en de toevlucht tot zijn Goddelijke Barmhartigheid. “Eer, lof en glorie aan het Lam van God!” (Openb. 5:13).
Na haar persoonlijke ontmoeting met Jezus in nederigheid, gebed en vasten, heeft Fabienne aanvaard in het licht en de waarheid te leven, waarheid die haar voortaan vrijmaakt en haar toelaat een zeer opbouwend getuigenis te geven. Ik stel voor dat u de mooie bladzijden van deze geschiedenis ontdekt, ze zullen u helpen u te vermannen en het onderwijs van Christus dat in de Bijbel en in de geschriften van de Kerk vervat is met meer ernst op te nemen. Bekering is iets van nu en niet van de toekomst: “Nu is de tijd daarvoor gekomen, nu is de dag van de redding“ (2Kor. 6:2). Wij kennen de dag noch het uur… Lees de Heilige Schrift en dat Gods Zegen u alle dagen van uw leven mag vergezellen, Amen!
E.H. Hervé Gilles – Bisschoppelijk Directeur van het spiritueel Centrum en Bisschoppelijk Directeur van de Massamedia – Spiritueel Directeur van Fabienne
Het getuigenis
“God heeft mij de verlichting van mijn geweten laten beleven”
De vrede van Jezus zij met jullie!
Beminde broeders en zusters, ik kom vandaag getuigen dat Christus mij heeft laten opstaan uit mijn geestelijke dood. Enkele dagen na mijn geboorte hebben mijn ouders hebben mij laten dopen. Ik heb alle catechismuslessen gevolgd en mijn eerste communie gedaan. Mama, een godsvruchtige vrouw had mij geleerd elke avond het “Onze Vader” en het “Weesgegroet” te bidden. Desalniettemin heb ik na mijn communie de Katholieke Kerk niet meer bezocht, tot in 1996, toen Jezus mij is komen redden. Ik was toen tweeëndertig.
Ik zal jullie vertellen over het leven – ver van Jezus – dat ik gedurende al die jaren heb geleid. Vanaf mijn vijftiende heeft het leven mij heen en weer gegooid. Ik ben begonnen te roken, gore bars te bezoeken, kaarten te leggen, numerologie te beoefenen en astrologen aan te schrijven. Op die leeftijd kende ik Gods Woord “Het mag bij u niet voorkomen dat iemand zijn zoon of zijn dochter door het vuur laat gaan, zich inlaat met waarzeggerij, met geestenbezwering, voorspellingen of toverij, zich met bezweringen inlaat, geesten en orakels ondervraagt of de doden oproept. Want van iedereen die dergelijke dingen doet heeft de HEER uw God een afschuw …/… U moet de HEER uw God onvoorwaardelijk trouw zijn.“ (Dt.18;10-13).
Discotheken, hasj, alcohol, hoererij en spiritisme
Vanaf de tijd dat ik klaar was met schoolgaan heb ik alle weekends in discotheken doorgebracht met hasj te roken, alcohol te drinken, gekleed in minirokjes en hoererend zonder schuldgevoel met de mannen die ik ontmoette. Ik was op zoek naar de Liefde met grote L. Satan hield mij vast met zijn helse banden, maar ik vond het nodig dat men zich veel met mij bezighield en ik wilde sterven zonder liefde. Ik had zelfmoordneigingen en was vernielzuchtig nadat ik in mijn jeugd veel kwaadaardigheid had ondergaan en Satan, in al zijn wreedheid, infecteerde mijn pijnlijke wonden.
In de loop van een avond in een nachtclub heb ik toen een jongen ontmoet. Na enkele maanden hebben wij besloten samen te gaan wonen. Ik wist niet dat door een seksuele relatie buiten het Sacrament van het huwelijk mijn ziel zich verenigde met onreine geesten. Na vijf jaar heb ik hem verlaten en ben verhuisd naar een andere stad waar ik een astrologe ontmoette en een vrouwelijke rozenkruiser van de A.M.O.R.C.-orde. De astrologe stelde voor mijn horoscoop te trekken en dat heb ik aanvaard. Ze legde me uit dat het erom ging mijn horoscoop te bestuderen op basis van mijn vorige levens en daarbij mijn karma te bestuderen.
Enige tijd later ben ik naar een spiritistisch centrum gegaan om het onderricht van een goeroe bij te wonen. Daar heb ik een boek “Het evangelie volgens het spiritisme” van Allan Kardec gevonden en bestudeerd. Op een dag stelde die goeroe me voor aan enkelen die wensten deel te nemen aan spiritistische seances op woensdagavond. In mijn onwetendheid heb ik toegezegd. Bij die seances heb ik mediums ontmoet die in trance gingen en beweerden boodschappen te ontvangen van de H. Pastoor van Ars, van de H. Pater Pio, van de H. Theresia van het Kind Jezus, of nog, van de Heilige Moeder Gods, zelfs van de Heer Jezus-Christus en van buitenaardse wezens! Als ik in die tijd geweten had dat het gevallen geesten waren die die boodschappen bezorgden, dan zou ik onmiddellijk dat spiritistisch centrum verlaten hebben.
Op een woensdagavond stelde de goeroe voor aan hen die dat wensten, een grote schoonmaak van hun ziel te houden. Vanbinnen leed ik veel maar op dat ogenblik wist ik niet dat het de opgestapelde zonden waren die me beklemden. Ik dacht toen dat het innerlijke lijden te wijten was aan het karma dat ik in mijn zogenaamde vorige levens had opgestapeld, omdat ik in de reïncarnatie geloofde. Ik was mij er nog niet van bewust dat de dood het einde is van mijn aardse pelgrimstocht, van de tijd van genade en erbarmen die God mij toestaat om mijn aardse leven te volbrengen volgens het Goddelijke plan en om mijn uiteindelijke lot te bezegelen. Ik wist nog niet dat, eens mijn aardse leven ten einde, ik niet meer zou weerkeren in andere aardse levens. Later heb ik ontdekt dat de mens slechts een keer sterft (Heb. 9:27) en dat, naar het onderricht van de Katholieke Kerk, er na de dood geen reïncarnatie komt.
Omdat ik geloofde dat de goeroe de macht had om me te bevrijden van mijn vorige levens, heb ik zijn voorstel aangenomen en ben naast hem gaan zitten. Hij handelde in dienst van de duivel en, door te aanvaarden dat ik me overgaf aan zijn macht, heb ik de duivel toegestaan me te bezitten. De kwade geesten waren in mijn binnengedrongen door mijn foute keuzes, kaartleggerij, wichelroede, astrologie, horoscoop, handlijnen, inleiding tot de yoga, reiki, verering van Boeddha, esoterische meditatie, het openen van de chakra’s, chi kong enz… De goeroe heeft mij de hand opgelegd met de krachten die hij van de duivel verkregen had over twee van mijn chakra’s!
De chakra van het hart en de chakra van het derde oog! Dan zegt hij dat hij mij het licht had overgedragen. Maar ongelukkiglijk betrof het het “licht” van Gods vijand. Vervolgens ben ik naar huis weergekeerd en begon ik mij slecht te voelen.
Tijdens de volgende spiritistische seance heb ik een erg moeilijke ervaring meegemaakt. De ‘kundalini’ is opgestaan. De ‘kundalini’ is een krachtige energie die zetelt in het heiligbeen, onderaan de rug. Wanneer ze ontwaakt stijgt ze op langs de ruggengraat en werkt van centrum naar centrum tot aan de corona-chakra die zich aan de bovenkant van het hoofd bevindt.
Tijdens die ervaring had ik de indruk dat ik naar de hemel zou gevoerd worden, zo krachtig was die energie. Wat ik op dat ogenblik niet begrepen had, is dat ik, door de yoga-praktijk en door de elevatie van de ‘kundalini’ de macht van Satan had toegestaan in mij binnen te komen om mij van binnenuit te beheersen. Ik wist niet dat de yoga-praktijk de deur van mijn ziel kon openen voor kwade geestelijke wezens. Yoga is niet zomaar een praktijk. Hij behoort aan een werkelijke religie waarvan hij moeilijk te scheiden is. Hij laat me godheden aanbidden en heeft een geestelijke functie. Van een priester die onderlegd was in die zaken dat yoga een hindoe-praktijk is die het tijdelijke ik (Shiva) verenigt met het eeuwige (Brahma), de hindoe-voorstelling van god. Die god wordt voorgesteld als een onpersoonlijke geestelijke substantie. Hij is niet Jezus Christus, de persoonlijke God van de Openbaring. Door vreemde godheden op te roepen die niet bestaan, riskeer ik in feite in contact te komen met demonen en mij daaraan te onderwerpen. Ik heb me dan gerealiseerd dat ik, door yoga te beoefenen, een ander god aanbad dan de Heilige Drievuldigheid, Vader, Zoon en Heilige Geest en dat ik dientengevolge Gods eerste gebod overtrad: “Vereer naast Mij geen andere goden.” (Dt 5:7). Omdat ik me steeds slechter voelde heb ik dan maar besloten die technieken op te geven. Wegens de opening van de chakra’s bevond ik mij gedurende vele lange maanden tussen leven en dood en als ik vandaag nog leef, moet ik Jezus daarvoor danken.
Orde van de Rozenkruisers
Omdat mijn dorst naar kennis niet gelest was, heb ik me dan aangesloten bij de Orde van Rozenkruisers A.M.O.R.C. En algauw kreeg ik korte teksten om te bestuderen. Ik ben gestopt bij de zevende graad van de tempel. Ik heb me ook aangesloten bij een loge van rozenkruisers waar ik meerdere initiaties heb meegemaakt en het is pas later, toen Jezus me had bevrijd, dat ik gezien heb hoe Satan me bij elke initiatie had bezeten. Ik hoorde: “Het is Satan die de initiaties geeft”. Ik heb meteen begrepen dat de initiaties plaatsvonden in opdracht van de meester van de hel, Lucifer. Bij elke initiatie, behoorde ik hem wat meer toe en stortte ik mij dieper in het verderf. Dan heb ik een visioen gekregen van mijn ziel die opgesloten was in een gevangenis. Ik zat achter tralies. Die tuchtiging had te maken met mijn grenzeloze hoogmoed. Zozeer wilde ik een belangrijk iemand zijn in die esoterische orde, dat ik uiteindelijk een gevangene was. Ik heb gezien hoe mijn ziel opgesloten was achter tralies.
Die tuchtiging was het gevolg van mijn trots die me veroordeeld had. Satan werd veroordeeld wegens zijn mateloze hoogmoed en ik ben mij er toen bewust van geworden dat hij me veroordeeld had in zijn grote haat en in zijn kwade verlangen zielen te verspillen. Dan heb ik in mijn hart al die kokende hoogmoed gevoeld. Mijn hart was inderdaad verenigd met dat van de duivel! Wat een lijden was het dat te ontdekken. Gedurende al die jaren die ik in de esoterie had doorgebracht, had ik me niet gerealiseerd dat hoogmoed een hoofdzonde is en dat men door de hoogmoed geestelijk sterft. In Genesis, hoofdstuk 3, heeft God aan Eva bevolen de vruchten van de boom in het midden van de tuin niet te eten: “God heeft ons verboden van de vruchten van die boom te eten of ze zelfs maar aan te raken; doen we dat toch, dan zullen we sterven” (Gn 3:3). Beste broers en zusters, alhoewel de Kerk ons in de catechismus aanbeveelt ons ver te houden van hoogmoed, was ik ongehoorzaam geweest door naar de stem van het serpent te luisteren “Jullie zullen helemaal niet sterven” (Gn 3:4). Mijn hoogmoed had de val van mijn ziel in het verderf met zich meegebracht. In die orde had ik verschillende disciplines gestudeerd: het psychisch lichaam van de mens, de astrale reis, de menselijke aura, de chakra’s, de stemklanken, de mantra’s… Door middel van die studies heb ik geprobeerd de god die ‘de kosmische’ genoemd wordt te kennen en te begrijpen. Maar ik heb niets begrepen van die valse god en van die energieën. Kun je je inbeelden welke liefdesrelatie ik met die god had? Geen enkele. Geen enkele brandende liefde van hart tot hart zoals ik nu beleef met Jezus van Liefde in de Eucharistie.
Ik heb dan ook bittere spijt gehad dat ik me had laten gaan in dergelijke studies. Later heb ik ook diep spijt gehad dat ik de Heilige Schrift had laten vallen. Als ik op dat ogenblik in mijn leven geweten had dat die zoektocht God mishaagde, ik was er dadelijk mee gestopt. Gezien ik de Bijbel niet las, kende ik ook de parabels niet die de Heer Jezus ons gaf om ons toe te staan eens het paradijs binnen te gaan: “Dan zal de koning tegen de groep rechts van zich zeggen: ‘Jullie zijn door mijn Vader gezegend, kom en neem deel aan het koninkrijk dat al sinds de grondvesting van de wereld voor jullie bestemd is. Want ik had honger en jullie gaven mij te eten, ik had dorst en jullie gaven mij te drinken. Ik was een vreemdeling en jullie namen mij op, ik was naakt en jullie kleedden mij. Ik was ziek en jullie bezochten mij, ik zat gevangen en jullie kwamen naar mij toe’ (Mt 25: 34-36)”.
In mijn zoektocht doorheen de New Age, die niet van God komt, heb ik magnetisme beoefend, telepathie, wichelroede, allerlei magie, hypnose, New Age-ademhalingen, lezing van de aura; alle vormen van genezing door de energieën, door kristallen, muziek en kleuren; meditaties op New Age-muziek, de reiki, waartegen de bisschoppen van de Verenigde Staten ons waarschuwen. En dan heb ik ondervonden dat Satan, met zijn macht, zijn energie in mijn lichaam had gedeponeerd en dan ben ik begonnen te beven.
Later heb ik de christelijke beschouwing over de New Age “Jezus Christus, de drager van het levende water” (door de Pauselijke Raad voor interreligieuze dialoog, 2003) bestudeerd.
Die geschriften hebben mij aangetoond dat mijn studies rampzalig waren voor mijn ziel. In de Rozenkruisersorde A.M.O.R.C. heb ik een man ontmoet die alleen was omdat zijn vrouw hem verlaten had voor een vriend van hem. Enkele maanden later hebben we besloten om burgerlijk te huwen. Wij konden niet huwen in de Katholieke Kerk omdat hij het sacrament van het huwelijk al eens ontvangen had. En toen is er mij een grote genade overkomen. Bij het bekijken van een poster van het H. Hart van Jezus hoorde ik zijn stem die me zei: “Mijn heilige wonden zullen je redden!” De wonden van zijn smartelijk Lijden.
Bekering te Medjugorje
Weinig later, ter gelegenheid van een bedevaart naar Medjugorje, heb ik aanvaard opnieuw toe te treden tot de Katholieke Kerk. Onderweg daarheen heb ik binnenin mij een grote strijd gevoeld tussen de hemel en de hel, tussen de Allerheiligste Maagd Maria en Satan. Toen ik mijn voet op de grond van Medjugorje zette, hoorde ik de duivel zeggen tot de H. Maagd Maria: “Maria, je hebt gewonnen”. Daarmee wou hij zeggen dat de Allerheiligste Maagd Maria erin geslaagd was mij naar die gezegende plaats toe te trekken.
Dat was reeds een eerste overwinning voor de H. Maagd die vurig het heil van elke ziel verlangt. Bij het binnenkomen van de grote kerk in Medjugorje zei de demon nog: “Tegen de liefde ben ik niet opgewassen”. Het maakt hem echt ellendig. De liefde overwint hem altijd. De liefde van de Moeder Gods is zo groot. Ik heb ontdekt dat ze van mij evenveel hield als van haar goddelijke Zoon. Ik ben neergeknield voor het uitgestalde H. Sacrament, voor de werkelijke tegenwoordigheid van de levende Jezus, lichaam, bloed, ziel en godheid!
Na de aanbidding heb ik me bij de groep gevoegd waarmee ik die bedevaart deed. We hadden besloten de kruisweg te lopen. Daarna zijn we allen naar het gezin gegaan dat ons opving. Dan heeft de H. Maagd Maria me gesproken over de rozenkruisers. Ze zei me: “Het is een sekte”. Ik was me daarvan niet bewust.
Toen ik terug was in Frankrijk, heeft God me een eerste bovennatuurlijke ervaring geschonken, waarbij Hij me gevraagd heeft boete te doen! Hij heeft mij getoond hoe mijn ziel opgesloten zat in het Beest dat de kop van een leeuw had, zoals het beschreven staat in de Apocalyps. (“Het beest dat ik zag, leek op een luipaard, zijn poten waren als die van een beer en zijn muil was als een leeuwenmuil. De draak gaf hem zijn kracht en zijn troon en grote macht.” Ap 13:2).
Ik heb demonen gezien die me omringden en die klaar waren om mij mee te nemen naar het oord van duisternis. Die demonen waren verbonden met elk van mijn zonden. Ik heb mijn zonde van overspel gezien in het gezicht van een demon. Hij geleek op een menselijk wezen maar hij had ogen vol haat. Het was een gevallen geest.
Toen ik begonnen ben mijn ziel nader te bekijken, heb ik mezelf gezien als een hyena en ik ben afgedaald naar de bodem van de afgrond, in de vuurkrater, godslasterend en met een haat voor God zoals de veroordeelden die leven als in een mierenhoop. In dat oord werd ik bedekt met bloedzuigers wegens mijn zonde met de goeroe. Larven beten zich in mij vast. Het was verschrikkelijk. Ik heb werkelijk groot lijden beleefd in mijn ziel. Dat is het wat alle veroordeelden beleven voor de hele eeuwigheid. Ze lijden voor elke zonde die ze bedreven hebben. De toestand van mijn ziel was het gevolg van mijn ongehoorzaamheid aan Gods Wet en in zijn razernij heeft Satan gezegd: “Ik heb je veroordeelt tot de straffen van de hel”. Als Jezus me niet het vertrouwen in mijn eeuwige heil had gegeven, dan was ik tot wanhoop vervallen. Het feit dat Hij me bevestigd had dat zijn heilige wonden me zouden redden volstond om mij veel hoop te geven. Jezus is werkelijk slechts liefde en barmhartigheid. Hij heeft zeer veel betaald om mijn ziel te redden.
“Je aanbidt Satan”
Ik wist niet dat Satan brandt in de hel en dat hij wou dat iedereen met hem zou branden (“De duivel, die hen misleid had, werd in de poel van vuur en zwavel geworpen, waarin ook het beest is en de valse profeet. En zij zullen dag en nacht gepijnigd worden, tot in alle eeuwigheid.“ (Ap 20:10). De H. Maagd Maria heeft me gezegd: “De haat van Satan zit in jou.” Verscheidene keren heb ik zij grote haat voor alles dat door God geschapen is kunnen voelen.
Ik heb gezien hoe Satan en de gevallen engelen het hart en het verstand van de zielen aanvielen om ze te vernietigen. Het vreselijkste is dat ik mijn ziel hoorde zeggen: “Satan, ik hou van jou!” Dat was werkelijk afschuwelijk! Ik was een demon in ontbinding! De dag dat Jezus me gezegd had: “Je aanbidt Satan”, geloofde ik Hem niet.
Nu stond ik voor een voldongen feit. Mijn ziel aanbad het kwaad. Ik was een wereldse vrouw, verleidster, het hof gemaakt en heerszuchtig. Ik zei dat ik een vrije vrouw was, maar eigenlijk was ik aan Lucifer vastgeketend. Ik heb de zwarte kettingen gezien waarmee de demon mij had gebonden. Het waren heel dikke zwarte kettingen. Ik heb ook de demon gezien met een vork. Hij was helemaal zwart en zag er heel hard uit. De kettingen die ik zag vertegenwoordigden alle zonden die ik bedreven had en die me aan verscheidene demonen uit de duivelse hiërarchie hadden gebonden. Alleen Jezus kon die ketens verbreken met zijn Kostbaar Bloed. Als ik me niet aan Jezus toevertrouwd had dan was ik voor de eeuwigheid gebonden gebleven en had ik moeten lijden in die poelen van marteling om te boeten voor mijn zonden. Daarom is het dat ik een miljoen keren Jezus dank voor zijn Smartelijk Lijden dat me van de eeuwige hel heeft gered. Tot de eeuwigheid zal ik de lof zingen voor de genade van de grote Barmhartigheid van God.
Mijn rebellie was begonnen met het beluisteren van rockmuziek, de Beatles, ACDC en de geest van die kwade muziek was in mij binnengedrongen… en overal zei ik: “Peace and love”, wat betekent; “Vrede en liefde”. Ik gebruikte die woorden bij sommige van mij hippie-vrienden. Mijn innerlijke rebellie bracht mij ertoe voorstander te zijn van homoseksualiteit, echtscheiding, concubinaat, abortus. Op dat ogenblik was ik mij er niet van bewust dat ik een grote vervolgster was van de wet van Christus, maar, weet je, ik was gebonden door het verderf en ik kon niet anders reageren.
Dat is het licht van Satan, dat niets anders is dan de duisternis die in mij woonde. God sprak tot mij: “Jij bent een grote rebel”. Ik heb moeten toegeven dat het waar was! Als mijn moeder niet zoveel gebeden had en zich niet voor mijn ziel had opgeofferd, dan was ik op dit ogenblik nog steeds verblind door het licht van Lucifer. Vasten en gebed zijn een grote hulp geweest voor mijn bevrijding. Jezus heeft mij uitgelegd dat, als ik bad, Hij met mij, in mij bad voor mijn bevrijding.
Daarna heb ik Gods vijand horen spreken tot de H. Maagd voor wie hij een verschrikkelijke vrees koestert. Over de zielen sprekend zei hij: “Ik heb ze allen in mijn macht, ik zal ze allen hebben” en ik heb ook gehoord dat hij veel priesters in zijn macht heeft (omdat ze geen boete meer doen en niet meer bidden). Als de demon erin slaagt een priester te verdoemen met behulp van een vrouw, dan juicht hij omdat de priester dan zijn plicht niet meer doet: het redden van zielen. Ongeluk aan die vrouwen die de priesters van hun roeping afbrengen! Ze bevinden zich reeds onder Gods rechtspraak en de kwellingen van de hel wachten hen als ze zich niet bekeren. Als jullie wisten hoeveel tranen de H. Maagd plengt als ze ziet hoe het Beest meer en meer zielen opslokt. Dan stort ze veel bloedige tranen en wij zijn er allen schuld aan dat ze zo moet lijden.
Satan sleurt de zielen mee op de weg van het verderf door hen de liefde voor de wereld, het geld, het vlees en de new age in te geven.Persoonlijk was ik veroordeeld om door hem verkracht te worden in de hel, indien ik geen berouw had gehad over mijn vleselijke zonden die ik bedreef toen ik masturbeerde in mijn jeugd, in concubinaat leefde en ook nog toen ik huwde met een gescheiden man. Ik zal jullie daar straks nog over spreken.
God is zeer welwillend geweest voor mij, Hij heeft gezegd: “Ik heb je met mijn handen geschapen.” “Laat Mij niet meer lijden met je vlees”. “Geef het goede voorbeeld”. Dat betekende dat ik in zuiverheid moest leven en ervan getuigen.
Toen Hij gekomen is om me te bevrijden heb ik Hem in een innerlijk visioen gezien en Hij heeft mij gezegd: “Mijn naam is Yeshoua! Wil je ervan loskomen?” God laat de ziel steeds vrij. En ik heb geantwoord: “Ja, ik wil ervan loskomen.” Ik had die naam van mijn leven niet gehoord. Ik heb de betekenis ervan gezocht en heb ontdekt dat Yeshoua de Hebreeuwse naam is van Jezus. Vervolgens heeft Hij me enkele visioenen gegeven over zijn openbaar leven.
Visioen over Jezus’ leven en sterven
Ik heb gezien hoe Hij met drie van zijn apostelen liep. Ze droegen allen licht-kastanjekleurige kleding. Hij heeft zich ook aan mij getoond toen Hij alleen was en bad, teruggetrokken in de bergen, wat mij de gelegenheid gaf zijn gelaat duidelijk te zien. Hij was heel knap. Ik heb ook gezien hoe Hij het kruis droeg op zijn schouder. Tenslotte heb ik Hem gezien, dood aan het kruis, met zijn hart geopend, waaruit bloed en water vloeide. Dan heb ik zijn enorme liefde voor de zielen begrepen, toen Hij aan het kruis zegde: “Ik heb dorst”.
Op dat specifiek ogenblik in mijn leven wist ik niet dat God seksuele relaties buiten het kerkelijk huwelijk verbood. In de Tien Geboden zegt ons het Woord Gods: “De daad van het vlees zal slechts binnen het huwelijk gebeuren”. God heeft me zelfs gezegd dat het verboden was aan het vlees te denken vooraleer in de kerk te huwen en dat het eveneens verboden is zich voort te planten voordat men het sacrament van het huwelijk heeft ontvangen. Hij heeft het mij duidelijk gemaakt in zijn Woord: “want Ik, de HEER uw God, ben een jaloerse God, die de schuld van de vaders wreekt op hun kinderen tot in de derde en vierde generatie van degenen die Mij verwerpen. Maar Ik bewijs goedheid tot in de duizendste generatie van degenen die Mij liefhebben en mijn geboden onderhouden.” (Dt 5:9,10)
Op dat ogenblik heb ik begrepen dat, indien ik zwanger geworden was zonder gehuwd te zijn, de ziel van mijn kind de last van mijn ongehoorzaamheid aan Gods Wet zou moeten dragen. Ik heb ook begrepen dat, indien een kind uit mij geboren zou zijn, het nodig zou zijn dat ik herstelmissen zou laten opdragen voor zijn ziel want het zou geboren zijn zonder de goddelijke genade van het sacrament van het huwelijk. Ik heb veel vrienden die kinderen hebben gekregen buiten het huwelijk en God heeft mij verzocht heb de plicht uit te leggen naar een priester toe te gaan om het sacrament te vragen.
Als ze zich nederig onderwerpen uit liefde voor Jezus, die zoveel geleden heeft voor hun heil, zou hij hun afstammeling bevrijden van elke vloek. God verbreekt de negatieve banden slechts als de ziel oprecht spijt heeft dat ze Hem beledigd heeft en de daden van boetedoening volbrengt.
Verkrachting door de demon
God staat ook toe dat ik inwendig de demon hoor en zijn kwade bedoelingen ken, zodat ik hem kan verraden aan mijn broeders en zusters voor het welzijn van hun ziel. De demon heeft mij gezegd dat hij het is die het seksueel genot geeft. Hij heeft verscheidene keren geprobeerd me te verkrachten of me plezier te verschaffen door zeer sterke inwendig verleidingen.
Maar hij slaagt er niet in omdat ik aan de Heilige Maagd gevraagd heb mijn ziel te bewaren voor dat genoegen en het is dankzij het schapulier van de Berg Karmel dat de Heilige Maagd mij beschermt. Ik hoor de demon dikwijls zeggen: Als ik het kon, zou ik haar verkrachten”. En te zeggen dat het dat was dat me wachtte voor de hele eeuwigheid als Gods Barmhartigheid niet gekomen was om mijn ziel te herstellen door het kostbare Bloed van Christus. Ik heb een gelofte van kuisheid afgelegd en het is nu zo dat ik al talrijke jaren in zuiverheid leef. De verkrachting door de demon of de demonen is een van de kastijdingen voor alle zielen die geen spijt hebben van het bedrijven van de zonde van het vlees: homoseksualiteit, buitenechtelijke samenleving, scheiding en burgerlijk hertrouwen. Masturbatie wordt gestraft als er geen berouw is.
Persoonlijk had ik moeten boeten gedurende de hele eeuwigheid als ik geen berouw had gehad voor mijn spotternijen. Ik was zeer hoogmoedig, spotziek en ijdel. De Heilige Maagd heeft ook gevraagd boete te doen voor de lach want ik lachte om de woorden die God beledigen. Als je de haat kende die Satan koestert voor elk van ons, voor God en voor de priesters, dat is verschrikkelijk. God heeft me gezegd: “Eer mijn priesters”. De priesters zijn Jezus’ oogappels. Zonder de priesters zou niemand toegang krijgen tot de hemel want het zijn enkel zij die ons de sacramenten geven, die het Leven van Christus voor ons openen en ons zijn vergiffenis geven. Na die ogenblikken van innerlijk lijden, heeft Jezus me uit de afgrond getild door me opnieuw in Zich op te nemen en ik heb gevoeld hoe zijn kracht me uit die toestand van duisternis haalde waarin ik zo totaal beangstigd was. Hij is machtiger dan alle demonen samen.
Dan hebben Jezus en Maria tot mij gesproken. De Heilige Maagd heeft me gezegd:
“Je hebt mijn Onbevlekt Hart beledigd.”
“Mijn Zoon is gestorven omwille van je zonden.”
“Je houdt niet genoeg van het Kruis.”
“Als je bang bent, kom dan in mijn armen.”
“Wees trouw aan mijn Zoon.” “Vecht tegen het spiritisme.”
“Je leven behoort mij toe.” Op dat ogenblik heb ik begrepen dat de Allerheiligste Maagd Maria wilde dat ik mijn hele leven aan Haar zou toewijden en dat ik Haar zou dienen. Om Haar goed te kunnen dienen heeft Ze me gevraagd zeer eenvoudig te zijn, mezelf te negeren en in alles matig te zijn. De Heilige Maagd houdt van nederigheid. Ze heeft me ook laten weten dat Ze steeds mijn voorspreekster zou zijn bij God. Als je tot Haar bidt en Haar dient is de Maagd Maria steeds erkentelijk.
Jezus, heeft mij, in zijn grote goedheid, getroost omdat ik een zo sterke geestelijk ervaring had moeten beleven. Met grote vriendelijkheid heeft Hij me gezegd: “Jij bent mijn grote schoonheid”. Ik heb begrepen dat het over mijn ziel ging. Ik was verbaasd toen Hij me zegde: “Je hebt er behoefte aan dat men zich veel met jou bezighoudt”. Op dat ogenblik heb ik begrepen in hoeverre God een echte Vader is die, in alles, dag en nacht over mij waakt.
Vervolgens heeft Hij me gezegd: “Begin met oprecht te beminnen”. De Heilige Geest heeft me getoond dat ik van mijn hele leven nooit had bemind en de Heilige Maagd heeft me gezegd: “Je houdt er niet van te delen”. Dan ben ik begonnen bij mij thuis armen te ontvangen, ik heb praktisch al mijn kleding weggegeven en ik besteedde mijn hele salaris aan het helpen van behoeftigen. Ik wilde niets meer voor mezelf houden.
Jezus heeft eraan toegevoegd: “Wees niet bang om alles weg te geven”. Ik dacht dat ik me van alles moest ontdoen. Niettemin zegde de Heilige Maagd mij: “Je moet niet echt van alles afstand doen”. Ik heb dan gehouden wat strikt noodzakelijk is om te leven. Ik heb begrepen dat, als ik door Christus niet als een “lauwe” wilde beschouwd worden, ik moest geven van wat ik nodig had en niet van mijn overvloed.
“Ik zal je genezen”
Vervolgens heb ik de volgende woorden gehoord: “Je bent mijn hele vreugde”. “Je bent van Mij.” “Denk slechts aan Mij.” “Denk er slechts aan Mij te beminnen.” “Ik zal je genezen.” “Jij baadt in mijn Bloed.” “Geef Mij veel liefde.” “Zondig niet meer.” “Verkoop je ziel niet meer aan de duivel.” “Verraad mij niet meer.” “Maak geen grappen meer om Mij.” (Ik had de gewoonte om God te schertsen.) “Ik hou ervan dat men Mij vreest.” (Het gaat hier niet om bang te zijn maar op de hoede te zijn voor beledigingen omdat God heilig is. Als je Hem beledigt moet je zijn gerechtigheid, die zijn gestrengheid is, het hoofd bieden),
“Ik ben je enige meester” “Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven.” “Verwijder je niet van Mij.” “Ontvlucht de wereld.” “Ontvlucht de mensen.” “Spot niet met de zondaars” “Hou van hen allen.” “Verloochen jezelf.” “Doe van alles afstand.”
Luister naar mijn Woord, hou je aan mijn geboden, hou je aan mijn sabbat.” (Dat betekent de dag des Heren). “Ik ben de Zoon van God” “Ik wil dat je nader tot Mij komt.” “Je bent Me zeer dierbaar.” Ik begreep dat God wilde dat ik intiem met Hem was, met respect voor zijn grote heiligheid. Hij eindigde met te zeggen: “Je kan je zelfs niet inbeelden hoezeer Ik je bemin.” “Lees de Bijbel.”
De Bijbel – die las ik nooit. Gods Geboden – ik wist dat er tien waren maar meer dan dat wist ik niet. Dus heb ik een Bijbel gekocht, die van Jeruzalem en ik heb kennis genomen van Gods Wet.
Later pas, toen ik de catechismus van de Katholieke Kerk heb geraadpleegd, heb ik ontdekt dat ik sedert mijn vijftiende in staat van doodzonde leefde.(1)
“Verdedig mijn Wet”
Toen heeft Jezus mij een opdracht gegeven: “Verdedig mijn Wet.” Dat is het wat ik sedert 1996 doe, wat me nogal wat vervolging heeft opgeleverd. Vervolgens heeft Jezus eraan toegevoegd: “Laat Mij beslissen over je eeuwige heil.” Dan heb ik Jezus gezegd: “Ik begrijp, Heer, wat U me wilt zeggen. Ik ik op mezelf betrouw op geestelijk vlak, dan steven ik recht op een catastrofe af, maar als uzelf me leidt door mijn geestelijke vader, dan zal ik op een dag de hemel zien. Ik heb dus aanvaard dat God zelf beslist over het lot dat Hij voor mij had gekozen. Ik heb Hem oprecht mijn vrije wil gegeven omdat God alwetend is en zich niet kan vergissen. Ik heb mezelf overgeleverd maar dat heeft jaren gekost. Dan heeft Jezus me gezegd: “Wees in alles onderworpen.” Dan heb ik me onderworpen aan de goddelijk Wil en aan mijn geestelijke vader die me vraagt, net als de Heer Jezus, de wereld rond te reizen om te getuigen van Gods grote Barmhartigheid.
Gedurende enkele jaren is het zeer moeilijk geweest Jezus te volgen en pas na talrijke jaren van intense geestelijke strijd heeft Hij me gezegd: “Je bent klaar om me te volgen”. Ik ben zodanig vervolgd geweest dat ik me op sommige ogenblikken afvroeg of ik zou kunnen volhouden. Jezus heeft me dan geleerd hoe ik me aan zijn Wil moest overleveren.
Hij heeft me dan de genaden gegeven om Hem te volgen en ook zijn eigen deugden, zonder welke ik geen vooruitgang meer kon boeken. Wat mij veel heeft geholpen is de meditatie over het Lijden van Christus. Tijdens mijn reizen rond de wereld overdenk ik het Lijden van Christus tijdens de Kruisweg en ik bedenk dan dat, als Jezus heeft volgehouden tot het eind van de Kruisweg, ik hetzelfde moet doen tot zijn Glorie.
Op dat ogenblik in mijn leven kende ik het tweede gebod niet: “Je zal de Naam van de Heer uw God niet ijdel gebruiken” (Ex 20:7).
Spijtig genoeg heb ik dikwijls Gods Naam ijdel gebruikt, alhoewel die Naam en later heb ik mijn fout tegenover een priester beleden. Ik kende ook het derde gebod niet omdat ik ’s zondags niet meer naar de mis ging. Ook op de verplichte feestdagen ging ik niet (Kerstmis, Hemelvaart, de Tenhemelopneming en Allerheiligen.) Gedurende talrijke jaren had ik ’s zondags gewerkt, alhoewel dat een dag van complete rust is. “Wees je bewust van de sabbat, zodat je hem kunt heiligen. Gedurende zes dagen zal je werken en al je taken uitvoeren, maar de zevende dag is een sabbat voor de Heer uw God. Dan zal je geen enkel werk uitvoeren.” (Ex 20:8-10).
Toen ik kennis genomen heb van het vijfde gebod werd ik met schaamte bedekt: “Je zult niet doden”. (Ex 20:13). Ik ben me ere toen bewust van geworden dat ik mezelf doodde door dagelijks twee pakjes sigaretten te roken en soft drugs te nemen, door alcohol te drinken en de pil te nemen. Ik ben me er ook bewust van geworden dat ik anderen doodde door mijn woedeaanvallen tegenover mijn naaste. Ik heb ook gedood door me niet afzijdig te houden van kwaadsprekerij en laster. En ik, die mezelf al zag als een heilige-op-aarde…
Ik heb ook gedood de dag dat ik een vriendin die zich wou laten aborteren naar het hospitaal heb gebracht. Ik weet niet of je weet wat er gebeurt tijdens een abortus, maar dat is verschrikkelijk. Abortus is een moord. Toen Jezus en Maria me ingelicht hebben over die zonde heb ik geweend en heb ik diep berouw gehad. Nu bid ik elke dag dat er geen baby-martelaren meer zouden zijn en dat de moeders die zich hebben laten aborteren oprecht berouw mogen hebben. Ik bid ook voor de dokters en voor allen die abortus uitvoeren op anderen, opdat ze boete zouden doen en hun fout erkennen tegenover God. Ze zullen die zonden moeten herstellen door groot lijden na hun dood. De demonen zullen hen eeuwige folteringen opleggen als ze zich niet bekeren. Laat ze hun voordeel doen met het bloed en het water dat uit het goddelijk Hart ontsproten is zolang we ons in de tijd van de grote Barmhartigheid bevinden.
Nieuwe zonde van overspel
Vervolgens heb ik hem gevonden met wie ik me moest verloven en ik heb hem uitgelegd dat we tot het huwelijk in onthouding moesten leven.
Na enkele maanden zijn we naar het gemeentehuis gegaan om te huwen en vervolgens heeft een priester ons ontvangen en ons een eenvoudige zegening toegestaan. Hij heeft een kleine ceremonie georganiseerd voor de H. Maagd, welteverstaan zonder de zegening van de ringen. Van zodra dit gedaan was zei Jezus mij: “Dit is een leugen”. Ik heb dadelijk begrepen dat deze eenvoudige zegening Hem niet beviel. We zijn dan naar huis gegaan. We hadden net een huis gekocht met de bedoeling daar gelukkig te leven.
De dag, volgend op ons huwelijk heb ik een buitengewone ervaring beleefd. Mijn ziel bevond zich in een vredig oord, als in een bos. Ik was met Jezus aan het wandelen en we voelden ons beiden zo goed. Ik bevond mij in een toestand van totaal geluk en toen ik weer tot mezelf kwam was ik doordrongen van dat geluk, van die volheid en van die vreugde met Jezus gepraat te hebben, zonder dat ik me evenwel kon herinneren wat Hij me gezegd had. Ik voelde een enorme liefde voor Jezus en ik voelde ook hoezeer Hij op mij verliefd was. Ik heb er nog heimwee naar.
Nadat ik dat beleefd had, ben ik naar een kerk gegaan en voor het kruisbeeld heeft Jezus me gezegd: “Geef Mij je leven”. Ik was zo gelukkig dat ik die avond naar de mis gegaan ben en gecommuniceerd heb, zonder te beseffen dat ik een grote doodzonde op mijn geweten had. Inwendig wist ik dat ik de Eucharistie niet moest naderen, maar een onweerstaanbare kracht dwong mij het Lichaam van Christus tot mij te nemen.
Op dat ogenblik van mijn leven wist ik niet dat het de demon was die me aanspoorde het Lichaam van Christus tot mij te nemen terwijl ik in staat van zonde was. Hij had me daartoe gedreven om mij in het verderf te storten. Het is pas later dat ik begrepen heb dat mijn ziel nog dieper in de afgrond geraakt was omwille van die communie. Dat heb ik begrepen toen Jezus me zei “Je ontheiligt mijn Lichaam”. ’s Anderendaags ben ik weer naar de mis gegaan en ik heb niet gecommuniceerd. Dan heb ik gehoord: “Je bent verstandig”. Ik kende toen het Woord Gods niet dat ik later ontdekte: “Wie dan op onwaardige wijze het brood eet of uit de beker van de Heer drinkt, bezondigt zich aan het lichaam en het bloed van de Heer. Iedereen moet zichzelf onderzoeken alvorens van het brood te eten en uit de beker te drinken. Wie eet en drinkt zonder het lichaam te onderkennen, eet en drinkt zijn eigen vonnis. “ (1Ko 11:27-30)
Jezus zei me: “Je ziel was verloren”. Zonder de biecht, het echte sacrament van de barmhartigheid, was ik geestelijk helemaal dood. Daarom zal ik wat verder over mijn eerste biecht spreken. Spijtig genoeg vallen veel zielen in de hel op het uur van hun dood omdat ze het Lichaam niet onderkend hebben, ze hebben geen respect gehad voor het Lichaam van Christus en Jezus heeft hen uitgespuwd op de dag dat hun ziel geoordeeld werd. Als ze bij een priester gebiecht zouden hebben zouden ze misschien in het vagevuur zijn of in de hemel, maar niet in de hel. Na die ervaring heeft Jezus me gezegd: “Ik heb een plan met jou”. Feitelijk heeft Hij me geschapen voor de zending die Hij me gegeven heeft om te volbrengen: alle volken bezoeken om te getuigen over zijn grote Barmhartigheid. Voor mijn geboorte heeft Hij me gekozen om zijn getuige te zijn in de wereld.
Twee dagen na het huwelijk heb ik de echtelijke kamer verlaten omdat Jezus is gekomen om mij er weg te halen, met de woorden: “Gehoorzaam Mij”. “Ik verlang herstel.”
Ik heb dan aan Jezus gezegd: “Weet Je, het is niet gemakkelijk je zo snel te bekeren”. Ik had vleselijke verlangens en Jezus zei me: “Je moet het verlangen doden”, Hij heeft er nog aan toegevoegd: “Je zonde heeft Me beledigd”. “Onderwerp je, mijn dochter” (wat betekende: “onderwerp je aan mijn wet”) en Hij heeft me demonen met wrede ogen getoond aan wie ik gebonden was door mijn zonde van overspel. Wat een verschrikking! Mijn ziel leed als een martelaar en ik hoorde mijn ziel zeggen: “Ik lig op de bodem van de afgrond”.
Wat een lijden, beste broers en zusters! Spiritueel voelde ik mij intens ontredderd. Als ik geweten had dat het burgerlijk huwelijk me naar het diepste van de hel zou leiden, dan was ik vrijgezel gebleven of ik had een vrije man gehuwd, zeker geen gescheidene die al eens in de Kerk getrouwd was. Jezus heeft me willen opluchten: Hij merkte dat ik mezelf vanbinnen opvrat omdat ik veel liefde miste en leed omdat ik fysiek gescheiden was van de man die ik zopas gehuwd had.
Ik was erg gekwetst. Toen heeft Jezus me gezegd: “Je wonde is groot”. Later heeft Hij daaraan toegevoegd: “Geef Mij je ontreddering” en verscheiden keren heeft Hij me laten rusten aan zijn teder Hart, om mij te laten voelen hoezeer Hij van me hield. God houdt waanzinnig veel van ons maar Hij kan zijn Wet niet verloochenen omdat die deel uitmaakt van Hemzelf.
Vervolgens heeft God me momenten van intense vrede laten beleven. Het Hart van Jezus is een oceaan van liefde, van uitgelezen tederheid en van barmhartigheid. Ik heb dan aan Jezus gezegd: “Mijn God, zorg dat ik nooit uw Liefde verlies”. Nadat ik van die onbeschrijflijke vrede had geproefd, heb ik de wereld waarin ik leefde teruggevonden en ik ben op reis vertrokken naar het Heilig Land. Om mijn vlees te reinigen ben ik gaan baden in de Jordaan.
Toen Naäman, de generaal in het leger van de koning van Syrië gehoorzaamd had aan de profeet Elisa, die hem de opdracht gegeven had zich te gaan baden om gereinigd te worden, werd zijn huid weer als die van een klein kind. (2Kon 5:14). Ik geloofde in het woord Gods: “Was u zevenmaal in de Jordaan; dan zal uw huid weer gezond worden en zult u gereinigd zijn“. Nadat ik me zeven maal had ondergedompeld in de Jordaan is mijn vlees, dat melaats was, weer zuiver geworden en vanaf dat ogenblik heb ik geen seksueel contact meer gehad.
Toen ik Kafarnaüm bezocht heeft Jezus me gezegd: “Verwerp je huwelijk”. Toen heb ik begrepen hoezeer mijn huwelijk met een gescheidene Jezus had beledigd, gezien hij reeds in de Katholieke Kerk gehuwd was geweest. (2)
Ik dacht: “Heer, wat zal er worden van al die koppels die in hoererij leven?” Ik heb begrepen dat God allen zou redden die Hem hun onthouding en herstel aanbieden door een leven van boetedoening. Zich onthouden van seksuele contacten in een koppel dat niet door God verenigd is in het sacrament van het huwelijk in de Kerk is een daad van boetedoening. Die boetedoening herstelt de belediging die God werd aangedaan. Als de boetedoening oprecht is zal God hen bevrijden van de straffen van de hel.
De noodzaak van kuisheid en zuiverheid
God heeft mij ook voorgelicht over de koppels die in de kerk gehuwd zijn en die de seksuele daad op een onzuivere manier verrichten. Sommigen bezondigen zich aan afschuwelijk dingen met hun vlees en ontheiligen op die manier hun huwelijks sacrament. Ik heb begrepen dat velen onder hen streng getuchtigd zullen worden als ze zich niet bekeren.
Aangezien ik persoonlijk onzuiver was geweest, heeft de Heilige Maagd me gezegd dat ik zeer zuiver moest blijven, daarom is het dat ik sedert lang in onthouding leef. Zoals Maria Magdalena doe ik boete. Ik heb begrepen dat je niet moet spelen met het vlees omdat met het vlees spelen gelijk is aan spelen met de duivel.
Ik heb ook begrepen dat de seksuele daad een gave Gods is, niet voor het plezier maar voor de voortplanting. Toen ik in Jeruzalem was, heb ik een priester gesproken over wat ik met Christus meemaakte en de priester heeft me gezegd dat ik moest getuigen in de wereld. Vervolgens ben ik naar Frankrijk teruggekeerd en daar heb ik de beproevingen moeten doorstaan die mij wachtten om mijn ziel te zuiveren. Ik was net getrouwd om een haard te stichten met kinderen maar op dat ogenblik heeft God me gezegd dat het verboden was me voort te planten (omdat ik het sacrament van het huwelijk niet had). Ik bevond mij in een toestand van overspel en ik had het zesde gebod van Gods Wet overtreden “Gij zult geen overspel plegen”.
De volgende ochtend heb ik een biechtvader gezocht die me met naastenliefde ontving en ik heb hem uitgelegd wat God van me vroeg. De priester heeft me bevestigd dat we als broer en zuster moesten leven en hij heeft eraan toegevoegd dat ik zou mogen communiceren als ik aanvaardde in een aparte kamer te slapen om de zuiverheid te bewaren. Hij heeft me uitgelegd dat de scheiding het huwelijk in de Kerk niet verbreekt en dat mijn man met zijn wettelijke echtgenote voor God gehuwd bleef tot de dood hen zou scheiden, zelfs als ze een nieuw leven was begonnen. “Dat de mens niet scheidde wat God heeft verenigd!”
Ik weet zeer goed dat God aan die vrouw de rekening zal presenteren. God heeft me gezegd dat Hij om de ontrouwe vrouwen weende. Die vrouw die haar echtgenoot verlaten heeft zal meemaken hoe God, bij haar persoonlijke berechting zegt: “Vrouw, wat heb je met je echtgenoot gedaan?” Als ze tot God had gebeden zo Hij hen herenigd hebben, maar haar hart was te hard. De ziel van een vrouw die haar echtgenoot niet vergeeft of die hem verlaat is in het verderf. Hetzelfde geldt voor de man die zijn vrouw verlaat. Toch, als de vrouw haar man verlaat omdat haar leven in gevaar is, is het anders. In dat geval staat de Kerk de lichamelijke scheiding toe maar niet de echtscheiding. Als een echtgenoot zijn vrouw bedriegt en haar verlaat voor een andere, al dan niet om te hertrouwen, pleegt overspel en zal daarvoor aan God streng rekenschap moeten geven op de dag van het oordeel.
Denkt de man of de vrouw die de haard verlaat aan de gevolgen die dat zal meebrengen voor de kinderen? Op de dag dat hun ziel geoordeeld wordt, zullen de vader en de moeder streng rekenschap moeten geven wat betreft de christelijke opvoeding en de liefde die ze aan hun kinderen hebben gegeven. Ze moeten zich verantwoorden over hun vaderschap en hun moederschap. Beseffen die mensen dat hun kinderen hun hele leven verstoord zullen zijn wegens hun ontrouw? De mens is dikwijls egoïstisch en denkt enkel aan zichzelf. Maar hoezeer zullen zij tegenover God moeten rekenschap geven op de dag dat hun ziel geoordeeld wordt!
Als de film van hun hele leven voor hun ogen zal passeren en de zonde zal ingeschreven worden in het boek des levens, welke beproeving zal de ziel dan lijden als die zonde niet uitgewist is geworden door de sacramentele biecht. Welke beproeving zal de ziel lijden als ze zich niet bij leven heeft bekeerd… En welk lijden zal de ziel voelen als ze de gevolgen van haar ontrouw en het lijden dat zij de kinderen heeft aangedaan zal ondergaan, zoals ik het heb aangevoeld omdat ik de kinderen van mijn man had doen lijden door te verlangen dat hij uit de echt zou scheiden. Alhoewel ook zijn vrouw reeds jaren de echtscheiding vroeg, had ik dat persoonlijk nooit moeten doen.
Ik kan jullie wel zeggen dat ik, zelfs na al die jaren, in mijn ziel een grote vertwijfeling voel omdat ik de dochter van de man met wie ik een burgerlijke verbintenis was aangegaan had doen lijden. Op een dag dat het kind weende en leed omwille van ons huwelijk, heeft God me op strenge toon gezegd: “Doe boete”.
Zestien jaar later, lijd ik nog steeds onder de gevolgen van dat huwelijk. En ik heb aan God gezegd: “Die kinderen, omdat ze niet de mijne zijn, om mijn zonde te herstellen, zal ik mijn hele leven bidden voor hun heil. Ik houd van hen als van mijn eigen kinderen en ik wil hen ooit terugzien in de hemel”.
God was erdoor geraakt en Hij zei dat Hij het hart van hun eigen mama en het mijne zag. Hun mama had hen een andere man opgedrongen van toen ze nog kleine kinderen waren en ze had nooit voor hen gebeden. God heeft mijn hart gezien en enkele maanden later, nadat ik eerlijk berouw had getoond, heeft Hij me gezegd: “Je hebt mijn barmhartigheid”. God staat zijn barmhartigheid niet toe als je niet oprecht boetvaardig bent over je zonde. Wie niet door de deur van Gods barmhartigheid wil gaan, zal door die van zijn gerechtigheid moeten. De gerechtigheid van God, die ook zijn gestrengheid is, is verschrikkelijk. Ze is even groot als zijn barmhartigheid.
Broeders en zusters, wie zijn wij dat we elkaar niet zouden vergeven, als God nog wel zijn beulen heeft vergeven aan het kruis? Hoe willen jullie in de hemel verenigd worden met jullie vijanden, als jullie op aarde al niet van hen houden? God heeft me gezegd: “Als je wilt dat ik je vergeef, vergeef dan de anderen”, zoals Hij het ons heeft onderwezen in het “Onze Vader”.
Toen God me dat zei, bulderde zijn stem doorheen de kerk waar ik me bevond. Ze was zo krachtig dat ik me zeer klein heb gemaakt. God heeft me werkelijk bevrijd toen ik allen vergeven had, toen ik missen had laten opdragen voor mijn vervolgers, toen ik gebeden en gevast had voor hen die me gekwetst hadden…
Omdat ik veel angsten kende, heeft de hemel mij gezegd: “Je zal vrede krijgen aan het eind van talrijke missen”. Dan heb ik vele malen dertig missen laten opdragen en terwijl die missen werden opgedragen voor mijn ziel leed ik verschrikkelijk omdat God mijn ziel bevrijdde van het kwaad. Ik herinner mij een dag dat ik uitgestrekt op de grond lag, zodanig leed ik moreel en lichamelijk en ik hoorde: “Het is de hele hemel die in jou lijdt”. Op dat ogenblik heeft de Allerheiligste Maagd mij gezegd: “Ga en neem de sacramenten tot je” en ze heeft daaraan toegevoegd: “Maria zal je bevrijden van al die demonen” en ik heb verscheidene demonen gehoord die me fluitend verlieten. Dat is me dikwijls overkomen.
De biecht
Dan heb ik besloten een priester op te zoeken. Omdat ik beschaamd was over mijn zonde en omdat ik wat bang was alleen te zijn met een priester, dacht ik dat een collectieve biecht zeer weldadig zou zijn voor mijn ziel.
Toen ik het Wetboek van Canoniek Recht las ik wat de voorwaarden zijn opdat een collectieve biecht geldig zou zijn. (3) Nadat ik daarvan kennis had genomen heb ik van die collectieve biecht afgezien en heb ik besloten naar een priester toe te gaan voor een goede persoonlijke biecht. Jezus heeft me daartoe aangemoedigd met te zeggen: “Erken je fout”. Op dat ogenblik heeft de demon me in zijn woede gezegd: “Ik hou je vast” “Ga naar de hel”! Hij voelde dat hij mijn ziel zou verliezen van zodra ik gebiecht had. Ik ben dadelijk naar de kerk gerend en de demon heeft me achtervolgd, zeggende: “Je bent vergeven, je bent vergeven”. Maar ik wist zeer goed dat, als ik direct aan God biechtte, zonder langs de priester te gaan, ik nooit in de hemel kon geraken en ik wist dat, als ik niet in een biechtstoel binnenging, ik niet door de Kerk ontslagen zou zijn van mijn zonden, omdat alleen zij die macht heeft. Dus heb ik volgehouden. De demon heeft me verlaten en de priester heeft me met veel naastenliefde ontvangen maar hij was wat verbaasd omdat ik in mijn hand zoveel bladen hield waarop ik al mijn zonden had genoteerd. Ik had ze opgeschreven zodat ik ze niet zou vergeten.
Lieve broers en zusters, beeld jullie de berg zonden in die ik sedert mijn eerste communie had opgestapeld… Ik heb vertrouwen gehad in de Katholieke Kerk, de enige kerk die Christus met Petrus, de eerste paus, had gesticht en ik ben begonnen mijn zonden te zeggen zonder de priester in de ogen te kijken omdat ik op dat ogenblik erg beschaamd was. Ik wist toen nog niet dat Jezus aanwezig was in de priester om me met liefde in zijn armen te nemen en mij te wassen in zijn Kostbaar Bloed. Ik wist niet dat de biecht een liefdevolle omarming met Christus is. Als ik, op dat eigenste ogenblik in mijn leven, geweten had dat de demonen verplicht zijn naar de hel terug te keren op het ogenblik van de biecht, dan had ik niet al die jaren gewacht om te biechten en zo zou ik niet al die demonen met wie ik gezondigd had binnenin mij gehouden hebben. Ik heb dus mijn hoofd in mijn papieren gestoken en voorgelezen wat ik genoteerd had.
Ik heb alles gebiecht waarover ik jullie hiervoor gesproken heb (bezoek aan bars, nachtkroegen, hoererij, masturbatie, burgerlijk huwelijk, overspel, buitenechtelijke samenleving, alcohol, drugs, tabak, geloof in de reïncarnatie, rozenkruisers, spiritisme, astrologie, numerologie, kaarten leggen, New Age…) en ik heb eraan toegevoegd: “Ik heb haat gekoesterd tegenover God en mijn broeders en zusters. Ik heb niemand vergeven. Ik heb tegen God gerebelleerd. Ik ben steeds ongehoorzaam geweest tegenover mijn ouders, de directeurs op het werk. Ik heb de pil genomen, ik heb minirokjes gedragen en decolletés gedragen en zo de mannen doen zondigen. Ik heb gezondigd door onreine woorden en gedachten zonder naastenliefde, ik heb gelasterd en beschuldigd, ik heb verwenst, ik heb veel gelogen, ik heb gestolen. Ik ben niet naar de mis geweest op zon- en feestdagen, ik heb gedurende jaren niet correct gevast, ik ben beschaamd geweest in mijn familie, ik ben beschaamd geweest omdat ik arm was, ik heb het mensen opgedrongen samen te gaan wonen, ik heb een vriendin naar een hospitaal gevoerd om zich te laten aborteren, ik heb niet gebeden, ik heb niet gedeeld met de armen. Ik had veel idolen in de muziek en onder de artiesten. Ik heb pornofilms gezien, horrorfilms, geweldfilms. Ik heb slechte boeken gelezen die niet bijgedragen hebben aan de heiliging van mijn ziel, ik was erg spotziek, ik heb voedsel verspild, ik heb gelasterd, ik heb misbruik gemaakt van de goedheid van de mensen, ik heb de maquillage misbruikt, ik heb kleren gedragen die te luxueus waren… ik heb er ook alle hoofdzonden aan toegevoegd die ik had bedreven want die openen voor mijn ziel de deur van de hel als ze niet gebiecht worden: hoogmoed, gierigheid, afgunst, woede, ontucht, gulzigheid, luiheid. De priester heeft met geduld en naastenliefde naar mij geluisterd en sedert die tijd biecht ik regelmatig elke week.
Lieve broers en zusters, voor elk van die zonden had ik me verbonden met de duivelse hiërarchieën. In de hel is er een heel leger demonen, waaraan je moet weerstaan door te vasten, bidden, boete te doen en de Heilige Rozenkrans. Jezus heeft me gezegd: “Ontvlucht de wereld”. Ik heb begrepen dat Hij me dat zei omdat ik mijn tijd doorbracht bij schoonheidsspecialistes, in goede restaurants, in nachtkroegen, ik maakte reizen naar droomplaatsen, ik kocht heel mooie kleren in warenhuizen. Ik heb dan ook begrepen dat het de duivel was die me dat alles gegeven had zodat ik mijn ziel zou verliezen. Ik leefde zodanig in de wereld dat ik niet aan de armen dacht, vandaar mijn veroordeling met het geld.
Toen heeft Satan me gezegd: “Ik hou je gebonden”. Ik verzeker jullie dat de ketens die mij bonden aan de helse hiërarchie zeer zwaar waren. Vanaf dat moment heb ik begrepen dat God de duivels toestond mij te verleiden zodat ik een vrije keuze zou kunnen maken naar de hemel of naar de hel te gaan. God gaf me de totale vrijheid van keuze. De mogelijkheid om lief te hebben of om van de duivel te houden. Ik heb begrepen waarom Jezus ons verwittigd heeft: “Blijf wakker en bid dat jullie in de beproeving niet bezwijken. De geest is wel van goede wil, maar het vlees is zwak.” (Mt 26:41)
De baas van de duivels heet Lucifer. Die is het die ik dikwijls hoor brullen als ik voor God werk. Ik heb hem verscheidene keren horen brullen terwijl ik deze getuigenis aan het schrijven was.
In de hel bestaan er meerdere duivelse hiërarchiën. Die duivels bekoren ons op het gebied van de hoogmoed, de ondeugd, de gierigheid, de liefde voor het geld…. In het paradijs bestaat er ook een militie. De Heilige Aartsengel Michaël is daarvan de grote baas. Als ik de paternoster van Sint Michaël en de negen engelenkoren bid, aanroep ik het hemelse hart van de Serafijnen, de Cherubijnen, de Tronen, de Heerschappijen, de Overheden, de Machten, de Krachten, de Aartsengelen en de Engelen. In de hel heerst een gelijkaardige hiërarchie. Niettemin is de hemelse hiërarchie sterker omdat ze twee derden van de engelen omvat. Het overblijvende derde zijn de gevallen geesten.
Lieve broers en zusters, toen ik aan de priester al mijn zonden had bekend, heb ik Jezus geloofd voor zijn Kostbaar Bloed omdat, tijdens mijn biecht, alle demonen die in mij woonden naar de hel waren teruggekeerd want ik had een heel oprechte biecht gesproken. Ik had niets verborgen gehouden voor de priester. Als ik moedwillig enkele zonden had verborgen gehouden, dan was mijn biecht een heiligschennis geweest en dientengevolge zou ik geen enkele genade ontvangen hebben. Ik heb gebruik gemaakt van het bloed en het water die aan Jezus’ Goddelijk Hart zijn ontsproten als een bron van barmhartigheid.
Na mijn biecht heb ik mijn penitentie volbracht voor het tabernakel en daar heeft Jezus me met zijn vaderlijke Liefde gezegd: “Je zonde is uitgewist”. Wat een genade! Ja, lieve broers en zusters, mijn zonden, die heeft Jezus uitgewist.
Mijn ellende heeft Hij vernietigd. Mijn zwakheid ondersteunt Hij. Mijn gebiechte zonden zijn verdwenen uit het boek des levens waarin alles opgeschreven staat. Wat een genade, dat sacrament van de biecht! Wat een goedheid van God om al mijn zonden op Zich te nemen! De hele eeuwigheid lang zal ik zijn oneindige Barmhartigheid prijzen! Voordat ik biechtte heb ik mijn ziel horen zeggen: “Ik lig op de bodem van de afgrond”. Nadat ik gebiecht had heb ik gehoord: “Ik zit in de diepte van het vagevuur”.
Boetedoening voor de zonden
Jezus zei me dat, alhoewel de zonde uitgewist was, ik ze nog moet herstellen zolang ik op aarde ben. Zoniet zou ik ze moeten herstellen in het vagevuur. Hij heeft me het lijden van mijn ziel in het vagevuur laten zien die boete deed voor mijn zonden van het vlees en ik hoorde: “Boete voor de zonde van het vlees”. Ik voelde in mijn ziel de folteringen die de duivels mij oplegden, woedend omdat ik hen verlaten had. Ik heb dat lijden in een geest van nederigheid en herstel aanvaard en ik heb God om genaden verzocht om te verdragen wat ik nog zou moeten ondergaan.
Wat een schaamte was het voor mij toen ik innerlijk zag dat het Satan was die onreinheden met mijn eigen lichaam had gedaan. Ik die zoveel van het seksueel genot hield – mijn ziel is begonnen met veel te wenen en spijt te hebben. Maar er moest hersteld worden. Ik die van minirokjes hield en van mijn borsten te tonen – zo was mijn lichaam in de Gehenna gekomen. Om een mooi lichaam te behouden had ik mijn tijd besteed aan diëten, body building, sauna, jacuzzi. Ik heb zelfs plastische chirurgie gehad. Waartoe heeft dat gediend? Ik bevond mij immers in de vlammen van de hel. Verscheidene keren heb ik die wrekende vlammen gevoeld. Ze zijn verschrikkelijk en zeer krachtig.
Wat zou er van mij geworden zijn zonder het kostbaar Bloed van Jezus? Alleen Jezus’ Kostbaar Bloed kan die vlammen doven. Dan heeft Jezus me gezegd: “Respecteer je lichaam” en Hij heeft daaraan toegevoegd: “Wees zeer kuis voor Mij”. De Heilige Maagd heeft me dan gezegd: “Maria houdt ervan dat je jezelf wegcijfert” en Ze heeft eraan toegevoegd: “Je moet niet voor jezelf leven”. Dan heb ik begrepen dat je moet leven om de anderen te dienen. Vanaf dat ogenblik heb ik de Heilige Maria Magdalena benaderd en ik heb haar gevraagd om me te helpen mijn weg in reinheid verder te zetten. Ik heb God gesmeekt me vrij te houden van elke vleselijke bekoring.
Ik heb ook de Allerheiligste Maagd Maria gesmeekt mijn ziel te behoeden voor innerlijke vleselijke bekoringen. Ik heb een beroep gedaan op de Heilige Maagd van de Berg Carmel. Vanaf dat ogenblik zijn de innerlijke bekoringen gestopt maar de demonen hebben mij hardnekkig belaagd in mijn dromen. Ze lieten me erotische dingen zien en beleven. Omdat me dat verscheiden keren was overkomen, zonder dat mijn wil daarbij betrokken was, ik sliep immers, heb ik besloten een priester erover aan te spreken. Ik heb het zelfs gebiecht. De biechtheer heeft me dan gezegd dat het ging om een reiniging van mijn ziel omdat ik zoveel gezondigd had. Eens te meer heeft God me gewassen in zijn Bloed.
Ommekeer en uiteindelijk scheiding van de valse echtgenoot
Toen ik de priester verlaten had ben ik naar huis teruggekeerd. Dan ben ik door veel angsten overvallen omdat ik mijn echtgenoot – die in enkele uren tijd mijn broer was geworden – erover moest aanspreken; hij heeft weigerachtig die toestand aanvaard maar heeft het desalniettemin aanvaard omdat het om zijn zielenheil ging. Vervolgens heb ik hem uitgelegd dat ik AMORC, de Orde van de Rozenkruisers zou verlaten.
Omdat ik inmiddels overtuigd was dat ik een uitermate foute weg had gevolgd en nadat ik een boek van Mgr. Tournyol van het slot (4) had gelezen ben ik begonnen alle boeken van rozenkruisers-auteurs in kleine stukjes te scheuren, alle boeken over numerologie, handlijnen, kaartleggerij, boeken over spiritisme van Allan Kardec en Léon Denis en de boeken over New Age, als die van H. Blavatsky of A. Bailey en ook nog boeken over occulte wetenschappen.
Vanaf dat moment begon ik elke dag de staties van de kruisweg te bidden om de zielen in het vagevuur te bevrijden. God heeft me gevraagd dit werk van barmhartigheid voort te zetten en Hij legde uit dat het vagevuur Zijn barmhartigheid is en de hel Zijn gerechtigheid. Ik vroeg toen aan God: “Maar was het U, Heer, die de zielen tot de hel heeft veroordeeld?” Hij antwoordde: “Die zielen hebben zichzelf veroordeeld”.
Ik nam me voor om mijn leven op te offeren voor het heil van alle zielen. Jezus moedigde me aan. Op een dag zei Hij om drie ’s middags: “Smeek om Mijn Barmhartigheid voor alle zielen.” “Smeek Mij hierom tijdens het Uur van Mijn Lijden.” Omdat ik eronder leed dat veel van mijn vrienden erg ver van de Kerk staan, zei Jezus: “Blijf voor ze bidden.”
En na twee jaar samenwonen als broer en zus met mijn man, die ondertussen een broer voor me was geworden, zei God tegen me dat zo lang als ik dat bleef doen, mijn schijnheilig hart niet vooruit kon gaan.
Ik ben dus gescheiden, want ik wist dat schijnheiligen later in de zee van vuur en zwavel zouden lijden. Later ben ik bij mijn ouders teruggekomen en na die verandering in mijn leven, gaf God mij een andere mystieke ervaring!
Visioen van de Hel en de Hemel
Mijn ziel bevond zich op een verlaten plek. Ik stond op een soort platform en er was een pad. Ik liep vooruit op dat pad en ik bevond me voor een enorm gat met knetterend vuur daarin. Daar waren heel grote vlammen. De verdoemden waren woedend en bedreigden me toen ik naar ze keek en schreeuwden: “Wij haten je!” Hun haat was verzengend en hun sarcasme deed mijn hart pijn.
De goeroe die mijn chakra’s had geopend is na zijn dood in deze plaats van duisternis terecht gekomen. Zijn ziel is voor eeuwig verloren omdat hij Jezus had geweigerd. Hij wilde vrijwillig in zijn geestelijke trots blijven. Toen hij voor God kwam kon hij Zijn blik en Zijn licht niet verdragen. Hij was een man die zijn vrouw al die tijd had bedrogen en die zeer ingewijd was in de Orde van de Rozenkruisen, in sjamanisme, spiritisme, en yoga FM. Hij beoefende eveneens het tantrisme en was een grote ingewijde in de yoga. De Heilige Maagd zei me dat hij in de hel zit omdat hij zijn fouten niet wilde erkennen. Hij wilde al zijn occulte praktijken niet aan God opbiechten. God heeft hem dus aan zijn lot moeten overlaten, want Hij gruwt van trotse zielen.
Daarna bevond mijn ziel zich in een grot. Mijn beide handen zaten vast aan de wand van de grot. Ik zag dat mijn ziel dezelfde vorm had als die van mijn aardse lichaam. Het was diepe duisternis. Plots daalden grote golven van zeer helder licht in de ruimte waar ik stond.
Boven mij was het vagevuur, de vlammen waren heel hoog. De zielen in die staat van reiniging zijn allen verenigd in de goddelijke wil. Hun grootste lijden was dat ze God niet meer konden zien. Zij hadden Hem gezien tijdens hun persoonlijke beoordeling in een licht die nog niet zo helder was als die van de hemel. Zij hebben een grote heimwee naar God, maar ze durven niet voor Hem te verschijnen met hun schandvlekken. Ze reinigen zichzelf en doen boetedoening voor de zonden die ze op de aarde niet hersteld hebben. Velen van hen leren daar lief te hebben.
Ik zag een paar witte trappen en mijn ziel beklom ze vlug. Boven op die witte trap aangekomen, zag ik een man in een rood gewaad; hij maakte de poort voor me open en trok zich daarna snel terug. Ik zag engelen samen zweven en daarna verschenen twee grote smetteloze, witte engelen. Ze waren heel vriendelijk een zeer mooi. Het licht van God straalde op hen neer.
Achter die poort bevindt zich het Paradijs, het Hemelse Jeruzalem, waarvan de Bijbel ons vertelt dat zij schijnt met een schittering, zoals die van een edelsteen, de jaspis, helder als kristal. Ze heeft een grote, hoge muur met twaalf poorten. Op de poorten staan de namen van de twaalf stammen van Israël. Er staan drie poorten in het oosten, drie in het noorden, drie in het zuiden en drie in het westen. De muur van de stad staat op twaalf fondamenten met daarop de namen van de twaalf apostelen van het Lam.
De stad is vierkant, even lang als breed. De muur is van Jaspis en de stad zelfs is van zuiver goud, zo helder als glas. De fondamenten van de muur van de stad zijn met allerlei kostbaar gesteente versierd: het eerste fondament bestaat uit Jaspis, het tweede uit saffier, het derde uit chalcedoon, het vierde uit smaragd, het vijfde uit smaragd, het zesde uit sardis, het zevende uit chrysoliet, het achtste uit beryl, het negende uit topaas, het tiende uit chrysopraas, het elfde uit hyacint en het twaalfde uit amethist. De twaalf poorten zijn twaalf paarlen; iedere poort is gebouwd uit een parel. Het plein van de stad is zuiver goud, doorzichtig als glas.
Ik heb de aanwezigheid van God de Vader heel duidelijk gevoeld. Hij was de Bron. Hij is een zeer vriendelijke Vader, vol liefde en vrede. Zijn aanwezigheid overstroomt een oceaan van vrede. God de Vader is heel teder: “Ik ben een Vader vol liefde voor Mijn kinderen.” “Zondig niet meer.” Hij zei me: “God is vooral een Vader.” Ik noem hem daarom “Liefdevolle Vader”, “Liefste Vader”.
God wil ons alleen maar genezen en onze wonden verbinden. God is Liefde. Het licht van de hemel dat ik zag is anders dan die van de aarde. Het is een heel krachtig licht, een intens wit en fonkelend licht, maar het doet de ogen geen pijn. Daarna heb ik Jezus gezien, omringd door een schitterend gouden licht. Hij was prachtig. Mijn ziel voelde een grote vrede en een groot verlangen Hem te benaderen. Ik had heel graag bij de Zoon van God willen blijven, zo heerlijk voelde ik me bij Hem. Vervolgens zag ik Jezus met een kroon op Zijn hoofd. Hij was majestueus. Wat mij vooral trof was de oneindige liefde die uit Hem straalde. Een liefde, zo krachtig en teder tegelijk, maar van grenzeloze macht. Alleen Hem wilde ik liefhebben. Nooit van mijn leven heb ik een wezen ontmoet die zo puur en liefdevol is.
Ik heb ook mijn grootmoeder gezien. Zij was heel mooi en stralend en zij zag eruit alsof zij 30 jaar was. Dan hoorde ik: “Zij, die zich in de hel bevinden, zijn diegenen die (Jezus) ontkennen en verraden. Daarom is het van groot belang de 10 geboden te eerbiedigen.”
Daarna zag ik de Allerheiligste Maagd Maria. Zij kwam als Onze Lieve Vrouw van Lourdes. Zij deelde me in haar blijdschap en verenigde zich met mijn ziel! Een moment van groot genot dat ik nog steeds mis; zo heerlijk voelde ik me. Toen zij zich met mijn arme ziel verenigde, werd ik door haar zoete aanwezigheid overstroomd. Menselijke woorden kunnen die prachtige ervaring niet beschrijven.
De Maagd Maria is en blijft maagd; toch is zij tegelijkertijd Moeder. (Maagd vóór en gedurende de zwangerschap en maagd na het ter wereld brengen). Zij is de Moeder van Jezus, dus de Moeder van God. Zij is ontvangen zonder zonde, zij is opgegroeid in lichaam en ziel voor de hemelse glorie; Zij is de Moeder van de Kerk, dat wil zeggen Moeder van haar getrouwen en van haar priesters.
Ik heb ook Padre Pio gezien en heiligen die met me spraken. De laatste die ik zag was de heilige Petrus met een grote sleutel in zijn handen.
Tijdens deze geestelijke ervaring, droeg ik al de zonden in me die ik nog niet had gebiecht; dit deed me heel erg pijn. Om dit te voorkomen, biecht ik elke week om er niet mee geconfronteerd te worden tijdens de persoonlijke beoordeling in het uur van mijn dood. God had me mijn innerlijk getoond dat voordat ik tot Hem terug kon komen, ik Zijn barmhartigheid geweigerd had en mijn ziel was heel hard. Hij zei me: “Ik kan niet in een ziel komen wanneer die hard en trots is.”
Hij had mij al mijn gedachten laten zien die Zijn Liefde niet deelden, heel mijn medeplichtigheid met het kwaad, al mijn slechte gevoelens, mijn kritieken en oordelen over anderen en Hij zei me: “Ik ken al je gedachten.” “Denk erom geen oordeel te vellen over anderen.” “Beschuldig ze niet.”
Weet u, ik beschuldigde iedereen. Hij zei me toen: “Veroordeel hen niet.” “Bemin iedereen.”
Geliefde broeders en zusters, mijn ziel bevond zich al meerdere keren op de bodem van de afgrond omdat ik anderen bespotte in plaats van de stilte te bewaren. Het woord is een grote gave van God. Het is scheppend en elk woord brengt gevolgen met zich mee. De Heilige Maagd en God hebben mij gevraagd innerlijk te zwijgen want mijn slechte woorden werden mijn eigen veroordeling; ik heb geaccepteerd om oorzaken, keuzes en gevolgen van al deze woorden aan God door te geven, opdat Hij mij met Zijn genade kan helpen bij het herstellen daarvan. Als we alles in stilte herstellen, verkrijgen wij barmhartigheid.
Ik heb het volgende gebod ontvangen: “Stilte en gebed.” Ik heb de woorden van Jezus begrepen toen Hij zei: “Je ja moet ja zijn en je neen, neen; en wat daar nog bij komt, is uit den boze.” (Mt. 5,37)
Ik heb iedereen teruggezien die wegens mij geleden hadden en allen die mij hadden doen lijden in mijn familie, vrienden, onderwijzers, schoolvrienden en directeuren. Tijdens deze ervaring zien we alles en ondergaan we alle pijn die anderen hebben ondergaan door onze handelswijze en ook wat anderen ons hebben doen ondervinden. Toen is er een groot verlangen in me ontstaan om alles te herstellen.
Verlichting van het geweten
Ik zag alle liefde die ik tijdens mijn leven niet had gegeven en ik heb er heel onder geleden. De Heilige Maagd heeft me toen uitgenodigd om meer liefde te schenken aan mijn naasten.
Al mijn gedachten zag ik tot in de kleinste details, vooral de liefdeloze gedachten tegenover mijn naasten. In mijn leven had ik veel minachting in me omdat ik tijdens mijn kindertijd erg gekwetst werd. God zei: “Ik ken al je gedachten.” In het licht van God komen al onze gedachten weer naar boven. Hoewel ik ze had opgebiecht, hoorde ik ze toch weer omdat God ze uit mijn innerlijk naar boven bracht door de macht van de Heilige Geest.
Ik smeekte God om erbarmen met me te hebben. Ik heb Hem al die gedachten overhandigd zodat Hij me kon helpen door ze te veranderen in liefdevolle gedachten en mededogen voor mijn broeders en zusters die ik liefheb. Ik heb alle consequenties van mijn gedachten aan God overhandigd, want alleen Hij kan ze werkelijk herstellen om mij te rechtvaardigen. We kunnen ons de kracht van een gedachte niet voorstellen. Ik koesterde gedachten van lust, vernietiging, wraak, bedrog, luiheid. Toen de mystieke ervaring zich voortzette, zag ik hoe vaak ik mezelf in de afgrond neer had gedrukt als gevolg van mijn onvergeeflijkheid en koppigheid door te blijven denken aan bepaalde personen terwijl God mij juist had gevraagd om afstand van hen te nemen.
In mijn jeugd heeft Lucifer me vaak verblind met sterren of met mensen die er uiterlijk mooi uitzagen, maar van binnen in feite slangen waren. Sterker nog, ik aanbad idolen en verbrak daarmee het eerste gebod van God: Gij zult geen afgoden vereren maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
Een paar keren ben ik ook diep in de afgrond gevallen wegens mijn slechte gevoelens over enkele priesters die niet goed voor me geweest waren. De Heilige Maagd heeft me daarvoor gewaarschuwd. Dus begon ik veel voor hen te bidden. Priesters zijn de favoriete zonen van de Maagd Maria. Er moet veel voor hun gebeden worden voor hun bescherming.
Daarna werden mij mijn beoordelingen en veroordelingen over anderen getoond, zodat elke keer wanneer ik iemand beoordeelde of veroordeelde, mijn ziel zichzelf veroordeelde. Een ziel is alleen goed in de liefde. En Jezus zei me: « Blijf in Mijn liefde. » Op dat moment begreep ik volledig het grote gebod “Je zult je naaste liefhebben als jezelf”. (Mt 19,19). Toen ik op een dag mijn zonden onderzocht die ik met mijn ogen had begaan, werd mijn ziel erg treurig toen ik begreep dat God me had zien kijken naar onkuise films. Ik begreep ook wat een grote schade de boze geesten mijn ziel hadden toegebracht. Ik heb enorme pijn daarover gevoeld en de Heilige Maagd vroeg me om Satan op de televisie te weerstaan en ik heb haar dat aangeboden als een offer.
Ik heb veel zonden gepleegd met mijn ogen door naar bepaalde mensen te kijken en naar hen te verlangen! God zei me daarover: “Verlang niet naar hen!” waardoor ik het negende gebod van God eindelijk goed begon te begrijpen: “Gij zult geen onkuisheid begeren.” Mijn ziel heeft ook eronder geleden dat ik mezelf overleverde aan het lezen van wereldlijke tijdschriften, bijvoorbeeld door het lezen van horoscopen…
Ik werd ook geconfronteerd met mijn manier van kijken: hoogmoedig, spottend, hatelijk en hard. Ik vroeg God mij te veranderen zodat mijn ogen barmhartig werden. Toen ik mijn zonden onderzocht die ik met mijn oren had begaan, onderging ik een groot leed over al de gesprekken waaraan ik deel had genomen en de slechte muziek waarnaar ik had geluisterd.
Tijdens de verlichting van ons geweten, wordt ons alles getoond.
Alle woorden werden mij getoond, zelfs de woorden die ik alleen in mezelf had geuit, tegen God, tegen mijn naasten en tegen mezelf, zoals denigrerende opmerkingen, zwarte humor, leugens, godslasteringen, beledigingen, scheldwoorden, brutaliteit, laster en beschuldigingen. Toen ik mijn verschillende beschuldigingen aan mijn naasten en mezelf opnieuw beleefde, toonde Jezus me mijn ziel, die anderen en mijzelf stond te beschuldigen. Ik speelde de rol als vijand van God. Hij sprak: “Beschuldig hen niet!” en “Beschuldig jezelf niet tegenover Mij.” Ik stond mijzelf tegenover God te beschuldigen over de zonden die ik had gepleegd terwijl Hij ze al had vergeven tijdens mijn biecht. In feite speelde ik de rol van de duivel die de zielen steeds beschuldigt en God zei me: “Jij hebt een beschuldigende ziel.” Ik heb geleerd daar spijt over te hebben.
Met mijn ziel geheel geopend door goddelijke toestemming, droeg ik de last van al mijn slechte gevoelens die me er toegebracht hadden schade toe te brengen aan mijzelf en aan mijn naasten: mijn onverschilligheid, bitterheid, trots, hebzucht, woede, onreinheid, jaloezie, egoïsme, superioriteit, verachting, arrogantie en verlangen naar macht.
Daarna kwam het gewetensonderzoek naar mijn angsten. Die zijn niet van God afkomstig. Het is de vijand van God die me in de greep van vrees en angst houdt. Ik begreep het toen Jezus zei: “De duivel houdt jou in de greep van angst.” Omdat ik vol angst leefde, zei de Heilige Maagd: “Kom in mijn armen als je angstig bent.” En ze zei verder: “Mijn lieve kind, geef mij je “niets”, geef mij heel jezelf, ik heb jou lief. Ik ben je mamma en ik wil je leiden op de weg naar het Paradijs. Wijd mij je gedachten toe, je handelen, je dagen, ik zal je in mijn armen nemen en je troosten. Beloof me altijd aan me te denken en de Rozenkrans te bidden. Vergeet me niet. Ik houd zoveel van je.”
Ook werden me al mijn slechte gebaren en houdingen getoond waardoor Satan me vasthield en God sprak: “Je bent hiervoor gestraft.” Daarom doe ik boete. Ik heb gebaren gemaakt tegen God, tegen mijn naasten en tegen mezelf, zoals overheersing, manipulaties, opstandigheid, misbruik van drank en drugs, het niet willen delen met anderen. Terwijl deze bovennatuurlijke ervaring zich voortzette, werden me mijn ijdelheid en wereldse geest getoond. Ik was heel trots van aard, hield van luxe, grote restaurants, mooie opmaak, heel dure parfums, allerlei soorten haarverf en zolang ik niet weer natuurlijk werd, leed mijn ziel. De Heilige Maagd vroeg me nederig en natuurlijk te zijn en mezelf te negeren en Jezus zei: “Hou jezelf in de armoede.” Hoogmoed en trots komen de hemel niet binnen.
Toen mijn ongehoorzaamheden aan de beurt kwamen, zag ik ze alle sinds mijn kindertijd. Vooral mijn ongehoorzaamheden aan mijn ouders kwamen duidelijk naar voren. Ze hebben mij veel negatieve gevolgen gebracht in het leven. Gedurende een hele tijd heb ik het goddelijk gebod vergeten: “Toon eerbied voor uw vader en uw moeder. Dan wordt u gezegend met een lang leven in het land dat de HEER, uw God, u geven zal.” (20, 12).
God toonde me ook mijn innerlijke opstanden. Elke keer dat ik in opstand kwam tegen Zijn wil, zag ik mijn ziel diep in de afgrond en begon ik God te bedreigen zoals de duivels dat doen. Ik kreeg diep berouw en onderwierp mezelf aan de goddelijke wil en gehoorzaamde aan mijn geestelijke leider. Ik zag de zwarte tentakels van het Beest. Hij was als een enorme octopus die me had vastgebonden. Dat Beest zei tegen mij: « Je bent van mij! » « Ik klem je vast aan mij. »
Mijn ziel zag zichzelf ook tijden de Eucharistie. Enkelen keren is het voorgekomen dat ik niet genoeg aandacht had voor de werkelijke aanwezigheid van God in mij en ik zag mijn onverschilligheid voor Christus. Soms was ik afgeleid tijdens de Heilige Mis; ik keek naar anderen of ik praatte met iemand. Ik dacht soms aan eten of aan mijn lichamelijke behoeften. God toonde me ook al mijn zonden in de Kerk, vooral toen ik met anderen praatte in plaats van te zwijgen. Het is zelfs voorgekomen dat ik zat te praten tijdens de aanbidding. God zei toen tegen me: “Aanbid en zwijg.”
Ik kreeg ook te maken met mijn huichelachtigheid tegenover de armen en wat een grote schande het was dat ik verlangde een mooi huis te bezitten, terwijl zo veel arme mensen honger lijden. God liet me zelfs ook een ongebruikte kamer zien in een appartement die mijn zuster mij leende terwijl een van mijn vriendinnen geen enkele voor zichzelf had. Mijn ziel voelde de hele verantwoording die ik God schuldig was voor al het geld waarover ik in mijn leven beschikte en die ik zinloos had uitgegeven.
Jezus zei me: “Deel het met anderen, mijn dochter.” Ik wilde dus alles aan de armen geven, maar de Heilige Maagd zei dat ik niet alles moest weggeven. Ik heb dus alleen de strikt noodzakelijke dingen behouden om daarvan te kunnen leven; de rest heb ik aan noodlijdende mensen gegeven. Toen God me al mijn minachting toonde, zag ik hoe verschrikkelijk lelijk ik er van binnenuit zag. Dit was dus de afbeelding van mijn ziel; hij zei toen: « Laat alle minachting achterwege », « Denk alleen aan de liefde. » Hij toonde me aan dat Satan mij met minachting had gevuld.
God toonde mij ook mijn zonden met bepaalde personen die ik ontmoet had. Daar enkelen van hen zeer negatief waren, zei Hij me: “Let op je ontmoetingen.” Het was niet omdat Hij ze niet liefhad, want Hij heeft iedereen lief, maar Hij wenste me te beschermen tegen hun handelingen. Hij zei: “Bezoedel je niet meer.” Ik had me inderdaad bezoedeld met vele personen. Tenslotte toonde God me alles wat ik zonder liefde deed. Sommige gebeden waren liefdeloos. Ik heb Hem beloofd boete te doen door meer lief te hebben.
Al het slechte dat ik mijn naasten had aangedaan, zag ik terug en ik heb ze opnieuw moeten ervaren. Ik heb daar heel erg onder geleden. Toen heb ik tegen God uitgeroepen: “Jezus, heb medelijden met me. Heb medelijden met de grote zondares die ik ben!” Ik overhandigde toen aan Jezus al mijn slechte keuzes en de gevolgen daarvan en Hijzelf kwam om mijn levensfouten te herstellen met Zijn genaden en liefde. Hij zei: « Ik kan alles. » God is almachtig. Overhandig alles aan Hem, laat maar alles aan Hem over.
Ik riep nog tot Hem: « Genees mij, o Jezus, genees mij o liefderijke Vader »! En ik die ooit durfde te zeggen aan Jezus dat Hij niet genoeg van mij hield! Hij antwoordde meteen: « Je kunt je niet voorstellen, hoezeer Ik je liefheb. Ik roep je op tot heiligheid, ik roep je op om Me lief te hebben! Mediteer over Mijn Lijden!”
Het lezen en het mediteren over het lijden van Christus maakte me bewust van het grote offer dat de Heer op het hout van het kruis voor de vergeving van mijn zonden had gemaakt. Om Jezus te bedanken voor Zijn grote goedheid, bid ik elke dag de rozenkrans, want Hij had mij beloofd dat wanneer ik de rozenkrans zou bidden, Hij mij zou redden. Toen ik op een dag de rozenkrans bad, zei Hij: “Ik bid voor je bevrijding” en ik begreep dat God in mij was om te vechten tegen de macht van de slang.
Ik bid ook de rozenkrans van de Heilige Aartsengel Michael ter ere van de negen koren der Engelen en ik beëindig mijn dag van gebed met een paar keer bidden van het zeer vruchtbare gebedje dat een daad van liefde is: “Jezus, Maria, ik hou van U, red de zielen!” God beloofde aan Zuster Consolata Betrone, dat elke keer als we dit gebedje van harte bidden: “Jezus, Maria, ik heb U lief, red de zielen!” een ziel voor de eeuwigheid gered wordt.
Geliefde broeders en zusters, dit was de verlichting van mijn bewustzijn. U zult allen tijdens het uur van uw dood voor God verschijnen voor uw persoonlijke beoordeling. Daarom hoop ik dat mijn getuigenis u kan helpen om meer licht te verkrijgen.
De beoordeling van God voor mijn ziel was: jij hebt al Mijn barmhartigheid.
God had mij Zijn vergiffenis gegeven omdat ik berouw had over alles. Als ik geen berouw had gehad, dan was mijn ziel verloren gegaan.
Moge God u overvloedig zegenen.
Gezegend zij Jezus Christus!
Fabienne
Een geschiedenis waar heel wat kan uit opgestoken worden, in het bijzonder i.v.m. de sacramenten van het huwelijk en de biecht. Fabienne zegt : “Christus heeft mij laten opstaan uit mijn geestelijke dood”, en die geestelijke dood is net hetgeen we vandaag de dag zo dikwijls rondom ons zien. Men moet zich terug op Christus gaan richten, zelfs al is het via een wat krakkemikkige Kerk.
Nu heb ik een probleem, heel haar levensweg liep parallel , ook ben ik nu pas tot inkeer gegaan.Voelde dat er iets mis was in mijn zielsleven. Er zal een hele weg worden voor me, maar wil die aangaan.
Alleen , met Gods hulp, zou het moeten lukken, denk ik.
Maar wat is boete doen
hoe doe je boete
Wie kan mij helpen.
Ik voel een lauw hart, nu en dan wat ontroering bij het bidden.
Ik zal u contacteren.
“… bestemd voor de hel…” Niemand wordt door God bestemd. De predestinatieleer is niet katholiek. Opletten met zulke titels!
op weg naar de hel, maar door Jezus gered.
Voor wie geldt dat niet? Als de liefdevolle bedoeling van De Vader!
Luisterden we maar.
http://www.ncregister.com/daily-news/humanae-vitae-comes-under-fire
judge http://www.ncregister.com/blog/edward-pentin/moral-theologian-tampering-with-humanae-vitae-could-cause-untold-damage
Een soortgelijk verhaal is er van een Zuid-Amerikaanse tandarts (een vrouw) die getroffen werd door de bliksem en naar de hel zou moeten. Zij kreeg echter een tweede kans van Onze Lieve Heer en getuigt nu van haar geloof in Jezus Christus. Kent iemand dit verhaal en heeft het ook al op deze website gestaan?
Zij is geboren in 1964 als ik het goed heb uitgerekend, dus net na Vaticanum II . De jaren daarna liepen de kerken leger en leger . Waar vind je dan je houvast ? Op scholen minder en minder godsdienstlessen, schooljuffrouw en meesters die zelf ook niet meer gaan, zelfs niet meer geloven. Is het dan gek dat mensen op zoek gaan naar wat de zin van het leven is ? Zo komen ze inderdaad terecht bij Rozenkruisers, yogi, en wat dies meer zij. Wat mij wel verbaast is het feit dat astrologen op een hoop worden gegooid met waarzeggers. Maar astrologie is een mooi hulpmiddel om een karakter in aanleg te duiden. Het zegt dus niet :” u bent zus of zo ” maar geeft de mogelijkheden weer, waarbij je rekening moet houden met de cultuur waarin iemand is opgegroeid of de omgeving. Het geeft mij heel veel begrip waarom iemand reageert op een manier b.v de een trekt zich terug om problemen te herkauwen, de ander wil erover praten,de een reageert direct, de ander trekt zich terug in zijn binnenwereld. Als je dat weet dan begrijp je beter het gedrag van iemand, je staat er niet raar van te kijken en je laat diegene dan ook even ” binnenvetten” of ” zijn ongenoegen eruit knallen ” . Astrologie heeft niets te maken met tovenarij of waarzeggerij. Degenen die dat doen zijn charlatans zoals op de laatste blz van damesbladen. Complete bullshit is dat. Het is een studie van vier jaar en het geeft meer informatie in korte tijd dan een psycholoog kan geven.
Marrie, gelijk heb je. Astrologie heeft niets te maken met mythologie of voorspellingen en men mag er ook geen handel mee doen. Het gaat hand in hand samen met psychologie. Het helpt je de goede kanten en de slechtste kanten van je innerlijk in kaart te brengen. Nostradamus gebruikte het slechts als datumstempel bij zijn visioenen want anders kon hij niet weten wanneer een gebeurtenis plaatsvindt. En het mooiste van al: wanneer iemand een doctorstitel psychologie nastreeft is hij verplicht zelf een systeem te bedenken om kataktertypes te onderscheiden en het blijkt dat al die zelfbedachte systeempjes allen zonder uitzondering minderwaardige afkooksels zijn van het astrologisch systeem.
Hoe het ook wordt ingevuld, astrologie is een vorm van bijgeloof en wordt bijgevolg door de Kerk terecht afgekeurd. Bijzonder ernstig dat katholiek noemende mensen zich met deze duistere praktijk inhouden. Lees ook paragraaf 2116 van de Catechismus. De concilievaders van Trente hebben trouwens ook gesproken over astrologie en het veroordeeld. In Dominici Gregis Customidae staat er trouwens een omschrijving van astrologie. Heel verbazend dat dit kerkelijk document ook het element “goede en slechte kanten van je innerlijk” afwijst. Dus, Eric, astrologie is ook op dat vlak niet de weg van de christen in het algemeen of de katholiek in het bijzonder.
– Astrologie en Nostradamus, die kunnen we best zo snel mogelijk vergeten. De christelijke openbaring, daar hebben we al genoeg mee.
– In de katholieke catechismus, waar ik toch al veel in gelezen heb, staan er heel wat citaten uit teksten van Vaticanum II. En ik zie daar geen graten in. Voor mij is Vaticanum II in orde en leerzaam. De geloofsafval was al bezig vóór het laatste concilie, en vindt zijn oorzaak in de westerse mens zelf, die denkt God niet meer nodig te hebben, en die zich te veel met materiële zaken en zichzelf bezig houdt.
Astrologie is niet uit God en niet van God , in de oude culturen was astrologie een vorm van waarzeggerij en occultisme en daarom wil God niet dat we daar ons mee bezig houden !!!
Uit de CATECHISMUS VAN DE KATHOLIEKE KERK
2116 – Men moet alle vormen van waarzeggerij verwerpen: een beroep doen op de Satan of op demonen, het oproepen van geesten van overledenen of andere praktijken, waarvan ten onrechte wordt aangenomen dat zij de toekomst “ontsluieren”.
Het raadplegen van horoscopen, de astrologie, het handlezen, het verklaren van voortekens en van aanwijzingen van het lot, de fenomenen van helderziendheid, het gebruiken van mediums verraden alle het verlangen, macht te krijgen over de tijd, de geschiedenis en uiteindelijk over de mensen en eveneens een verlangen verborgen machten voor zich te winnen. Dit alles is in strijd met de eerbied en het respect, vermengd met liefdevolle vrees, die wij aan God alleen verschuldigd zijn.
We vallen weer massaal in ondoordachte blinde vooroordelen.
Vanwaar dat steeds weer terugkerende gebrek aan nuance?
Een dagdagelijks keukenmes is slecht want het heeft de potentie van een moordwapen! Weg ermee?
Wanneer zelfs hoge academici niet het onderscheid kunnen maken tussen nuttig en onnutig gebruik van geestelijke kennis dan moet men niet die geestelijke kennis bestrijden of degenen die het nuttig gebruiken! Dan moeten zij er werk van maken die geestelijke kennis te zuiveren van heidense benamingen en die vervangen door aanvaardbare benamingen! Zulk belangrijk werk kan slechts uitgevoerd worden door de academici die het nu bestrijden! Er zijn werkelijk ernstige pogingen daartoe ondernomen, maar vanwege massale blinde vooroordelen is dat nuttig werk tot stilstand gekomen!
Aan het gebruik van een simpel keukenmes worden spontaan strenge beperkingen opgelegd door ieder weldenkend mens! Waarom dan te weinig of niet voor gemotorizeerde voertuigen, vliegtuigen, atoombommen, kerncentrales, windmolens, computers, enz. enz…..
Het is ook zoals met het ongenuanceerd stilzwijgen over de aloude hekserij waarover het stilzwijgen ook niet te stoppen is omdat alleen al daarover spreken tot een burgeroorlog kan leiden. Dus wordt niet de hekserij vervloekt maar degenen die er over spreken worden in het belachelijke getrokken en dus kan dat duivelse kwaad welig verder tieren.
Vervolgens ontaard de maatschappij zodanig dat men alle moraal overboord gooit alsof dit een verplichte daad was. Want hekserij en empathie zijn onlosmakelijk met elkaar verweven!
Men wenst dit niet te weten!!!
Het is niet de empathie die slecht is, maar wel degelijk het verkeerde gebruik van die tijdeloze empathie! Waarom slaagt men er niet in dit onderscheid voortdurend aan te kaarten en op die wijze veel extreme bitterheid te vermijden?
Omdat men niet bereid is voortdurend en ononderbroken de nuances voor ogen te houden! Zoals men nochtans wel doet bij het dagdagelijks zeer gevaarlijk en dikwijls kwetsend keukenmes!
Voortdurend en ononderbroken ter onderscheiding de nuances voor ogen houden is onmiskenbaar een vorm van gebed waarin men steeds weer opnieuw kan en moet kiezen voor de zuiverste vorm van geestelijke liefde!
Helaas is ook voor veel traditie-gezinden onderscheidend bidden te veel gevraagd!
Geen wonder dat de paters van het ICEW van Lommel de Aanbidding van het Allerheiligste Sacrament stelselmatig om zeep aan het helpen zijn.
– Wegens ondoordachte blinde vooroordelen, niet van de paters, maar van de brave gelovigen!
Eric, “we vallen hier NIET massaal in ondoordachte blinde vooroordelen”. Dit is het oordeel van de Kerk over astrologie. Ook in de aspecten die u aanhaalt. Ook dan is het een vorm van grotesk bijgeloof, want het zou inhouden dat de innerlijkheid van de mens bepaald wordt door een gril van het heelal. Dit is puur heidendom. Het christendom heeft ons juist losgerukt uit die duisternis van angst en willekeur.
Zo schoon is die gelijkenis in Matteüs 13, verzen 45 en 46, Eric: “(Het koninkrijk der hemelen) lijkt op een koopman, op zoek naar schone parels; als hij een heel kostbare parel vindt, gaat hij heen, en als hij alles verkocht heeft, koopt hij hem.”
Deze jongen was vroeger eens homo, maar de Heer Jezus riep hem op Hem te behagen. Las in de Schrift, dat God homoseksualiteit afkeurde, dus wat te doen? Hij gooide die parel weg, met al die andere parels. Want wij moeten volgens Paulus een wedloop lopen, waarvan slechts één de prijs behaalt. Nou, dan moet hij toch zo lopen, dat hij de prijs behaalt, niet?
Het woord ‘astrologie’ komt niet voor in de Trommius concordantie en is ook niet te vinden in de electronische versie van de Petrus Canisius bijbel. Er is ook geen enkele reden om astrologie te vermelden als slecht in zichzelf, enkel het verkeerd gebruik is slecht!
Psychologie wordt net zo goed misbruikt als astrologie!
Astrologie is een geestelijke wetenschap en hoger en fijnzinniger dan psychologie.
Het is oneerlijk astrologie gelijk te stellen met predestinatieleer of waarzeggerij of occultisme! Dit zijn de vruchten van de aloude hekserij dat nog steeds stilzwijgend wordt getolereerd!
Het is onmogelijk astrologie te gebruiken om voorspellingen te doen want dat levert slechts leugens op. Net zoals bij de psychologie kan men met astrologie tendenzen vaststellen, dat is ook een zeer geschikte vorm van zelfonderzoek.
Op allerlei vlakken houdt u er denkbeelden op na die onmogelijk te verzoenen zijn met het katholiek geloof. Bij uitbreiding zelfs met het christendom in het algemeen. Dat geldt ook voor uw benadering van de astrologie die in wezen esoterisch is. Al eerder heb ik moeten vaststellen dat uw gedachten verdacht sterk aansluiten op bepaalde aspecten van de antroposofie. Het lijkt er sterk op dat u ook hier weer put uit die denkwereld.
In Steiners geschriften komt ook de gedachte voor dat astrologie op een ander plan kan gebracht worden. Volgens Steiner is de astrologie ook de bepaling van de psychische eigenheden en kenmerken van ieder mens, als uitdrukking van de onverbrekelijk band die er bestaat tussen het heelal en het individu. De kosmische gegevenheid bepaalt de mensheid in zijn culturele uitdrukking maar ook in zijn individu. Dat is dan weer nauw verbonden met Steiners geloof in reïncarnatie. Voor Steiner is astrologie dus een geestelijke wetenschap die de mens kan helpen om zijn echte ik te kennen.
Het is dus wel duidelijk dat u eens te meer afkomt met denkbeelden die totaal niet sporen met het christendom van de apostelen, maar wel de dwaalleer van Simon de Magiër, het esoterisch christendom waartegen Jezus’ leerlingen en de apostolische vaders met kracht stelling hebben genomen.
Psychologie en astrologie gaan hand in hand en het is totaal fout om daar occulte gedachten aan te gaan koppelen of onchristelijke filosofen of esoterie. Gewoon eerlijk zelfonderzoek. Niets anders. Wat u daar noemt is nu juist wat men moet mijden!
Daar gaan we dus akkoord!
Sympathie is gemakkelijk te begrijpen terwijl empathie voor velen iets onbegrijpelijks blijkt, temeer daar empathie zeer diep kan gaan. In de meeste families zijn er wel een of meer mensen die aanleg hebben tot helderzien, en het zijn juist deze mensen die zeer sterk empathisch leven met hun medemens.
Mag ik hopen dat u dat kunt aanvaarden?
Welnu, sommigen die helder kunnen zien in andermans ziel en die weinig of niet in God geloven zijn een groot gevaar voor hun medemens omdat zij vanwege hun onschristelijke ingesteldheid heel hun omgeving kunnen meesleuren in een neerwaartse spiraal zonder dat men dat inziet. Dat is het wezen van de hekserij. Sommigen gaan daar zeer ver in! Wat doet zulke helder ziende persoon dan om zich achter een façade te verbergen? O.a. astrologie misbruiken om voorspellingen te doen! Het is onmogelijk om met astrolgie eender wat te voorspellen!
Leviticus 19:26. Gij moogt niet op de bergen eten, en u niet afgeven met waarzeggerij of toverij.
Heksen hebben zeer veel te verbergen. Zij “eten op de bergen” en dat komt niemand toe! Iemand die besluit zich daar aan over te geven wordt bezeten door duivels, zoals misdadigers.
Bij de ernstige naar traditie neigende Katholieken kan men de liefste en fijnste mensen ontmoeten die empathie als heiligen nuttig gebruiken.
Met de intelligentie die u heeft verwacht ik van u dat u dat begrijpt. Vertelt u eens iets over empathie a.u.b.? Daar kijk ik naar uit.
“Gewoon eerlijk zelfonderzoek”, dat schrijft u, Eric. Welnu, dat “eerlijk zelfonderzoek” gebeurt bijvoorbeeld in de Ignatiaanse Oefeningen. Dit vormt een van de pijlers van deze betrouwbare geestelijke gids. Daarnaast leert de H. Ignatius ons deze diepgaande geestelijke arbeid niet alleen te verrichten, omdat de kans op ontsporing heel groot kan zijn. Hij raadt ons dan ook aan de weg te gaan met een geestelijk leidsman. Nergens raadt deze reus in de spiritualiteit ons aan het heil te zoeken in de astrologie.
Ik blijf het vrij verbazend vinden dat uw gedachten sterk aanleunen bij de antroposofie, iets waarop u trouwens tot op heden nog nooit in ging.
“Gewoon eerlijk zelfonderzoek”, dat schrijft u, Eric. Welnu, dat “eerlijk zelfonderzoek” gebeurt bijvoorbeeld in de Ignatiaanse Oefeningen. Dit vormt een van de pijlers van deze betrouwbare geestelijke gids. Daarnaast leert de H. Ignatius ons deze diepgaande geestelijke arbeid niet alleen te verrichten, omdat de kans op ontsporing heel groot kan zijn. Hij raadt ons dan ook aan de weg te gaan met een geestelijk leidsman. Nergens raadt deze reus in de spiritualiteit ons aan het heil te zoeken in de astrologie.
Ik blijf het vrij verbazend vinden dat uw gedachten sterk aanleunen bij de antroposofie, iets waarop u trouwens tot op heden nog nooit in ging.
Astrologie is een manier om een karakter in aanleg te duiden. Zoals gezegd krijg je sneller een beeld van iemand met astrologie dan in de psychologie. Ik heb weleens gedacht : als je niet gelovig bent en je begint met astrologie dan zou je zo gelovig worden. Het is onvoorstelbaar hoe raak de astrologie iemand kan duiden. En heeft Jezus niet gezegd :” Ken u zelve ” ? Welnu ,ik kan de astrologie aanbevelen. Ik heb een diep geloof in Jezus Christus en Maria ,maar voel me echt niet een waarzegster of iets dergelijks omdat ik me met astrologie bezig houd ! Als de critici op deze site zich eens zouden verdiepen in de astrologie dan weten ze waarover ze praten. En een eenvoudige studie is het absoluut niet, maar wel een heel interessante.